Verlenging onder “de dan geldende voorwaarden”

Menig franchise-overeenkomst bevat een clausule met betrekking tot verlenging van de franchise-overeenkomst dat de franchisenemer in staat stelt opnieuw voor nog eens vijf jaar het franchisenemersschap uit te oefenen, vermits de franchise-overeenkomst wordt aanvaardt “onder de dan geldende voorwaarden”.

Vormt deze wat cryptische formulering nu een vrijbrief voor een franchisegever de voorwaarden, dat wil zeggen de inhoud van de nieuwe franchise-overeenkomst, eenzijdig te wijzigen op het moment dat de contractsverlenging aan de orde is? Geenszins. In de rechtspraak is uitgemaakt dat het een franchisegever beslist niet zonder meer vrij staat bij contractsverlenging vrijelijk de voorwaarden in de nieuwe franchise-overeenkomst conform eigen inzicht en beleid te wijzigen. Indien bijvoorbeeld plotseling een hogere fee wordt gevraagd dan betekent dit dat de verleende optie in praktijk onder dusdanig aanvullende voorwaarden slechts kan worden ingeroepen, dat dit meer is dat de franchisenemer mocht verwachten. De hier geschetste handelwijze van de franchisegever in kwestie kan alsdan onrechtmatig zijn.

Betekent dit dat een franchisegever zijn franchise-overeenkomst helemaal niet kan wijzigen bij eventuele contractsverlenging wanneer bovenbedoelde optie is opgenomen in de franchise-overeenkomst? Dat ook weer niet. De franchisegever kan wel degelijk diverse onderwerpen wijzigen en aanvullen in de franchise-overeenkomst. Wel is het zaak in deze van te voren consensus te bereiken met de bestaande franchisenemers, bijvoorbeeld in overleg met de franchiseraad. Op deze wijze worden verrassingen bij een contractsverlenging bij bestaande franchisenemers van te voren weggenomen en ontstaat reeds ver vóór eventuele contractsverlenging een duidelijke situatie waar een ieder bij gebaat is.

Ludwig & Van Dam franchise advocaten, franchise juridisch advies

Andere berichten

Prognoses bij startup franchiseformule

Het gerechtshof Amsterdam oordeelde op 14 februari 2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:455 (Tot Straks/franchisenemer) over de vraag of de franchisegever een ondeugdelijke prognose verschaft had en de

Verplicht overdragen franchiseonderneming aan franchisegever?

De rechtbank Amsterdam heeft op 23 januari 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:412 (CoffeeCompany/Dam Spirit B.V.) een vonnis gewezen over de vraag of een franchisenemer bij een beëindiging van de samenwerking

Overdracht klantendata aan franchisegever

Het gerechtshof Amsterdam oordeelde in het arrest van 10 januari 2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:68 (OnlineAccountants.nl) onder meer over de vraag hoe klantendata moet worden overgedragen.

Uitverkoop bij bedrijfsbeëindiging franchisenemer – wie krijgt de uitverkoopopbrengst?

In het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland d.d.12 oktober 2016, ECLI:NL:RBNNE:2016:5061 (Bewindvoerder/Expert Groep en Rabobank) stond de vraag centraal of de franchisegever tezamen met de bank

Column Franchise+ – mr. Th.R. Ludwig: “Rechter: zorgplicht franchisegever vergelijkbaar met die van een bank”

Diverse uitspraken in 2016 hebben duidelijk gemaakt hoe hoog de zorgvuldigheidsnorm voor een franchisegever jegens zijn franchisenemers ligt.

Gebruik van internet en sociale media: rechter verruimt mogelijkheden franchisenemers

De franchisenemer mag in beginsel niet worden verboden een eigen website te hebben om zijn producten of diensten tevens of zelfs uitsluitend via internet te verkopen.

Ga naar de bovenkant