Verlenging onder “de dan geldende voorwaarden”

Menig franchise-overeenkomst bevat een clausule met betrekking tot verlenging van de franchise-overeenkomst dat de franchisenemer in staat stelt opnieuw voor nog eens vijf jaar het franchisenemersschap uit te oefenen, vermits de franchise-overeenkomst wordt aanvaardt “onder de dan geldende voorwaarden”.

Vormt deze wat cryptische formulering nu een vrijbrief voor een franchisegever de voorwaarden, dat wil zeggen de inhoud van de nieuwe franchise-overeenkomst, eenzijdig te wijzigen op het moment dat de contractsverlenging aan de orde is? Geenszins. In de rechtspraak is uitgemaakt dat het een franchisegever beslist niet zonder meer vrij staat bij contractsverlenging vrijelijk de voorwaarden in de nieuwe franchise-overeenkomst conform eigen inzicht en beleid te wijzigen. Indien bijvoorbeeld plotseling een hogere fee wordt gevraagd dan betekent dit dat de verleende optie in praktijk onder dusdanig aanvullende voorwaarden slechts kan worden ingeroepen, dat dit meer is dat de franchisenemer mocht verwachten. De hier geschetste handelwijze van de franchisegever in kwestie kan alsdan onrechtmatig zijn.

Betekent dit dat een franchisegever zijn franchise-overeenkomst helemaal niet kan wijzigen bij eventuele contractsverlenging wanneer bovenbedoelde optie is opgenomen in de franchise-overeenkomst? Dat ook weer niet. De franchisegever kan wel degelijk diverse onderwerpen wijzigen en aanvullen in de franchise-overeenkomst. Wel is het zaak in deze van te voren consensus te bereiken met de bestaande franchisenemers, bijvoorbeeld in overleg met de franchiseraad. Op deze wijze worden verrassingen bij een contractsverlenging bij bestaande franchisenemers van te voren weggenomen en ontstaat reeds ver vóór eventuele contractsverlenging een duidelijke situatie waar een ieder bij gebaat is.

Ludwig & Van Dam franchise advocaten, franchise juridisch advies

Andere berichten

Vergissing of misleiding bij het sluiten van de franchiseovereenkomst

Een franchisenemer die na het sluiten van een franchiseovereenkomst spijt krijgt, kan van mening zijn dat hij voor of bij het sluiten van de franchiseovereenkomst door de franchisegever ...

De door de franchisegever voorgeschreven leverancier presteert niet? Wat nu?

Het Gerechtshof 's-Hertogenbosch oordeelde op 20 februari 2018, ECLI:NL:GHSHE:2018:727, over de vraag wie moet bewijzen dat de franchisenemer op het verkeerde been gezet is bij het aangaan van de

Rechter: Bescherm franchisenemer tegen supermarktorganisatie (Coop) als verhuurder

Behoeft de franchisenemer wettelijke bescherming tegen supermarktfranchisegever Coop? De rechtbank Rotterdam oordeelde op 9 februari 2018, ECLI:NL:RBROT:2018:1151, dat dit het geval is.

Acquisitiefraude vs. dwaling bij franchiseprognoses

Wie moet bewijzen dat de prognose van de franchisegever ondeugdelijk is? In beginsel is dat de franchisenemer. Als de franchisenemer een beroep doet op de Wet Acquisitiefraude, dan kan het zijn dat

Terugverkoopplicht bij einde franchiseovereenkomst

In franchiseovereenkomsten is soms bepaald dat de franchisenemer verplicht is om aangekochte activa bij het einde van de franchiseovereenkomst terug te verkopen.

Ga naar de bovenkant