Verlenging onder “de dan geldende voorwaarden”

Menig franchise-overeenkomst bevat een clausule met betrekking tot verlenging van de franchise-overeenkomst dat de franchisenemer in staat stelt opnieuw voor nog eens vijf jaar het franchisenemersschap uit te oefenen, vermits de franchise-overeenkomst wordt aanvaardt “onder de dan geldende voorwaarden”.

Vormt deze wat cryptische formulering nu een vrijbrief voor een franchisegever de voorwaarden, dat wil zeggen de inhoud van de nieuwe franchise-overeenkomst, eenzijdig te wijzigen op het moment dat de contractsverlenging aan de orde is? Geenszins. In de rechtspraak is uitgemaakt dat het een franchisegever beslist niet zonder meer vrij staat bij contractsverlenging vrijelijk de voorwaarden in de nieuwe franchise-overeenkomst conform eigen inzicht en beleid te wijzigen. Indien bijvoorbeeld plotseling een hogere fee wordt gevraagd dan betekent dit dat de verleende optie in praktijk onder dusdanig aanvullende voorwaarden slechts kan worden ingeroepen, dat dit meer is dat de franchisenemer mocht verwachten. De hier geschetste handelwijze van de franchisegever in kwestie kan alsdan onrechtmatig zijn.

Betekent dit dat een franchisegever zijn franchise-overeenkomst helemaal niet kan wijzigen bij eventuele contractsverlenging wanneer bovenbedoelde optie is opgenomen in de franchise-overeenkomst? Dat ook weer niet. De franchisegever kan wel degelijk diverse onderwerpen wijzigen en aanvullen in de franchise-overeenkomst. Wel is het zaak in deze van te voren consensus te bereiken met de bestaande franchisenemers, bijvoorbeeld in overleg met de franchiseraad. Op deze wijze worden verrassingen bij een contractsverlenging bij bestaande franchisenemers van te voren weggenomen en ontstaat reeds ver vóór eventuele contractsverlenging een duidelijke situatie waar een ieder bij gebaat is.

Ludwig & Van Dam franchise advocaten, franchise juridisch advies

Andere berichten

Artikel De Nationale Franchise Gids: “Kamervragen gesteld over (schijn-)zelfstandigheid franchisenemers” – d.d. 24 juli 2019 – mr. M. Munnik

Over de zogenaamde schijnzelfstandigheid binnen de verhouding tussen franchisegever en franchisenemer zijn onlangs Kamervragen gesteld.

Franchisenemer mag assortiment vreemd inkopen na verplichte formulewijziging – 6 juni 2019 – mr. J.A.J. Devilee

De rechtbank Oost-Brabant heeft zich onlangs in kort geding gebogen over een belangwekkende kwestie waarin een franchisenemer geheel onvrijwillig een alternatieve formule opgedrongen heeft gekregen.

Door mr. J.A.J. Devilee|06-06-2019|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|
Ga naar de bovenkant