Verkoop franchise-onderneming vanwege concurrentiebeding: Schijnconstructie of niet?
Franchisenemers die niet door willen of kunnen met de franchise-onderneming ervaren het al dan niet geldige concurrentiebeding als blok aan het been. Zelf doorgaan zonder franchise is dan risicovol. Geldt het beding nu wel of niet? De uitkomst van een kostbare procedure is niet zelden onzeker. Een oplossing kan dan zijn de onderneming formule-vreemd te verkopen aan een ander die zonder samenwerking met de franchisegever dezelfde activiteiten voorzet. Recentelijk hebben het Hof Arnhem (ECLI:NL:GHARL:2018:3128) en de Rechtbank Overijssel (ECLI:NL:RBOVE:2018:3489) zich uitgelaten over de vraag of die verkoop als schijnconstructie moet worden aangemerkt ter ontduiking van het concurrentiebeding.
In het geval van een Bruna ondernemer werd overtreding van het concurrentiebeding wel aangenomen omdat na de verkoop nog steeds sprake was van “betrokkenheid” bij de opvolgende onderneming. In het geval van de pellet-kachel-formule JustFire werd overwogen dat het enkele feit dat de ex-levenspartner met wie de ex-franchisenemer nog steeds contact had, maar de verkoop van kachels geheel voor eigen risico en rekening voortzette, nog niet maakte dat sprake zou zijn van een schijnconstructie. Oftewel er werd geen betrokkenheid bij de opvolgend onderneming aangenomen. Die betrokkenheid is dus de beoordelingsmaatstaf.
In het laatste geval werd overigens eveneens overwogen dat bij een vordering tot nakoming van het concurrentiebeding ook mee kan wegen dat de franchisegever het initiatief tot de beëindiging neemt. De ex-franchisenemer van JustFire zag zich namelijk geconfronteerd met een nogal abrupte ontbinding.
Tenslotte overweegt de Rechtbank Overijssel dat het bemiddelen in de verkoop van kachels voorshands tevens valt aan te merken als agentuur. In tegenstelling tot franchise, is agentuur een wel in de wet benoemde overeenkomst. Hiervoor gelden zowel regels voor beëindiging alswel het concurrentiebeding. Dat beding komt namelijk te vervallen bij onregelmatige beëindiging door de franchisegever/principaal.
Formule vreemde verkoop van de franchise-onderneming is aldus een serieuze optie bij beëindiging van de franchiseovereenkomst.
Mr. J. Sterk – franchiseadvocaat
Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar sterk@ludwigvandam.nl
Andere berichten
Artikel De Nationale Franchisegids: “Rechter stelt franchisenemers Domino’s opnieuw in het gelijk” – d.d. 3 september 2019 – mr. R.C.W.L. Albers
Begin 2018 hebben nagenoeg alle franchisenemers van Domino’s en de Vereniging van Domino’s Pizza Franchisenemers een tweetal kwesties aan de rechter te Rotterdam voorgelegd.
Artikel De Nationale Franchisegids: “De tussentijdse beëindiging van de franchiseovereenkomst” – 12 augustus 2019 – mr. J.A.J. Devilee
Een franchiseovereenkomst kan op vele manieren tussentijds eindigen.
Artikel De Nationale Franchise Gids: “Kamervragen gesteld over (schijn-)zelfstandigheid franchisenemers” – d.d. 24 juli 2019 – mr. M. Munnik
Over de zogenaamde schijnzelfstandigheid binnen de verhouding tussen franchisegever en franchisenemer zijn onlangs Kamervragen gesteld.
Artikel Franchise+: “Met onze franchiseformule gaat u bergen goud verdienen.” d.d. 10 juli 2019 – mr. A.W. Dolphijn
Het onderscheid tussen toelaatbare aanprijzingen en misleidende informatie blijft een grijs gebied, ondanks de wetgeving hierover.
Franchisenemer mag assortiment vreemd inkopen na verplichte formulewijziging – 6 juni 2019 – mr. J.A.J. Devilee
De rechtbank Oost-Brabant heeft zich onlangs in kort geding gebogen over een belangwekkende kwestie waarin een franchisenemer geheel onvrijwillig een alternatieve formule opgedrongen heeft gekregen.
Hoe behoud ik mijn vestigingsplaats? – 6 juni 2019 – mr. K. Bastiaans
Voor franchisegevers en franchisenemers is, met name in de detailhandel, de vestigingsplaats van groot belang.