Supermarktnieuwsbrief – nr. 34 –
ACM PUBLICEERT BESLUIT FUSIE COOP/PLUS
In de supermarktnieuwsbrief van 22 december 2021 informeerden wij u dat de ACM bekend had gemaakt dat zij de fusie van Coop en Plus goedkeurde onder de voorwaarde dat in 12 marktgebieden supermarkten moeten worden verkocht, te weten de winkels in Harmelen, Hollandscheveld, Rolde, Ruurlo, Stolwijk, Terborg, Wehl, Groot-Ammers, Wekerom, Ravenstein, Uddel en Vlieland. Zeven van deze supermarkten worden geëxploiteerd door franchisenemers.
Op 6 januari jl. heeft de ACM haar volledige besluit gepubliceerd, waarin zij motiveert waarom zij de fusie heeft goedgekeurd. Opmerkelijk is dat de ACM overweegt dat de online verkopen zijn toegenomen, maar dat zij toch van oordeel is dat de deze verkopen niet meegenomen moeten worden in haar beoordeling. De ACM wijst er daarbij op dat geen enkele aanbieder een volledig landelijk dekkend netwerk heeft en dat Plus en Coop een beperkt marktaandeel (8%) hebben op de onlinemarkt in relatie tot bijvoorbeeld Albert Heijn (50%) en Picnic en Jumbo (20%).
Verder overweegt de ACM in haar besluit dat de levensvatbaarheid, de verkoopbaarheid en het concurrentievermogen van de af te stoten 12 supermarkten voldoende gewaarborgd zouden zijn in het door de ACM geaccepteerde remedievoorstel van Coop en Plus.
Dit zou onder meer blijken uit de daarin opgenomen verplichtingen van Coop en Plus die er – kort samengevat – op neerkomen dat zij er alles aan moeten doen om ervoor te zorgen dat de over te dragen supermarkten hun waarde behouden en levensvatbaar en concurrerend blijven. Er wordt een onafhankelijke gevolmachtigde (‘trustee’) aangesteld om toezicht te houden op het bovenstaande. Voor het geval partijen er niet in slagen de supermarkten binnen de gestelde (niet openbaar gemaakte) termijnen te verkopen, zal een verkooptrustee worden aangesteld die een volmacht zal krijgen om de supermarkten alsnog over te dragen.
Het is zonder meer aan te bevelen dat de betrokken ondernemers zich bij laten staan door deskundigen, zodat zij de kansen en risico’s van bovengenoemd proces goed kunnen overzien. Tevens biedt het besluit mogelijk ook kansen voor ondernemers van andere formules om uit te breiden.
Ludwig & Van Dam beschikt als specialist in (supermarkt)franchise en marktleider over ruime
ervaring in de begeleiding van dit soort trajecten.
Voor meer informatie:
Jeroen Sterk Alex Dolphijn
E-mail: sterk@ludwigvandam.nl E-mail: dolphijn@ludwigvandam.nl
Wilt u reageren? Mail dan naar info@ludwigvandamadvocaten.nl
Andere berichten
Interview mr. J. Sterk en mr. C. Rutten in Franchise+: “Oproep aan automotive sector: bereid je goed voor op nieuwe Wet franchise” d.d. 2 oktober 2020
De nieuwe Wet Franchise heeft een brede uitwerking, ook in de automotive sector. Maar of men zich er daar voldoende van bewust is?
Artikel De Nationale Franchise Gids – “Coronakorting van 50% op de huur” – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 15 september 2020
Tegenvallende omzetten in verband met de coronacrisis kunnen betekenen dat de huurprijs gehalveerd wordt, ook als er sprake is van een deels omzetgerelateerde huur.
Artikel Franchise+ – “Franchisegever hanteert “afgeleide formule” (zonder dat hij het weet)” – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 9 september 2020
Tal van franchisegevers zullen zich niet bewust zijn van het gegeven dat zij een “afgeleide formule” gebruiken zoals bedoeld in de Wet franchise.
Artikel Franchise+ – “Verplichtingen en rechten van de startende franchisenemer” – mr. A.W. Dolphijn – d.d.
Waar dient u als startende franchisenemer op te letten, wat zijn uw verplichtingen en wat zijn uw rechten bij het sluiten van de franchiseovereenkomst?
Artikel mr. C. Damen – Drie voorwaarden bij het recht op klantenvergoeding voor de agent bij de beëindiging van de agentuurovereenkomst – d.d. 26 augustus 2020
Bij de agentuurrelatie tussen een agent en een opdrachtgever (de principaal) leggen partijen hun samenwerkingsafspraken vast in een agentuurovereenkomst. Wanneer de principaal de agentuurovereenkomst
Artikel mr. C. Damen – “Wanneer geldt de exhibitieplicht voor het overleggen de franchiseovereenkomst?” d.d. 17 augustus 2020
Geldt de exhibitieplicht voor het tonen van een (franchise)overeenkomst in een procedure, wanneer de procespartijen niet in rechtsbetrekking staan tot de (franchise)overeenkomst?