Overname inventaris en goederen

Menig franchiseovereenkomst, in het bijzonder waar het detailhandelsituaties betreft, bevat één of meer clausules met betrekking tot teruggave en/of overname van goederen en inventaris bij beëindiging van de franchiseovereenkomst. Deze bedingen blijken nogal eens verschillend van aard te zijn. Sommige bedingen gaan uit van een geheel vrijblijvende positie van de franchisegever, zowel wat betreft de mogelijkheid om goederen en/of inventaris terug te nemen, als wel voor wat betreft de vaststelling van de prijzen met betrekking tot goederen en/of inventaris. Andere bedingen gaan weer uit van een verplichte teruggave, gekoppeld aan marktconforme prijzen voor goederen en inventaris. Tevens zijn er bedingen die de franchisegever verplichten goederen en inventaris terug te nemen tegen marktconforme prijzen voor wat betreft de goederen, na aftrek van incourante voorraad en de waarde van de inventaris na vermindering van de relevante afschrijving. De laatste bedingen haken het meest aan met in de praktijk doorgaans bestaande financiële verplichtingen van de franchisenemer jegens de bank. De franchisegever wordt in deze dan betrokken in relatie tot het relevante financieringsarrangement en komt conform een dergelijk arrangement vervolgens een dergelijke regeling overeen. Deze regeling hoeft niet persé in de franchiseovereenkomst te worden opgenomen, maar kan tevens door partijen geregeld zijn in onderliggende financieringsovereenkomsten. Niet ongebruikelijk is dat een dergelijke verplichting echter tevens is opgenomen in de franchiseovereenkomst. Het betreft immers een belangrijke verplichting van franchisegever en franchisenemer jegens elkaar.

Franchisegever en franchisenemer doen er verstandig aan vooraf zich goed te realiseren wat een eventueel terugkoopregeling in de praktijk betekent. Op deze wijze wordt voorkomen dat er eventuele open einde regelingen kunnen ontstaan, die de belangen van hetzij de franchisegever, hetzij de franchisenemer, hetzij beide, op het moment van inroeping onvoldoende blijken te waarborgen.

Ludwig & Van Dam franchise advocaten, franchise juridisch advies

Andere berichten

Artikel mr. C. Damen – “Wanneer geldt de exhibitieplicht voor het overleggen de franchiseovereenkomst?” d.d. 17 augustus 2020

Geldt de exhibitieplicht voor het tonen van een (franchise)overeenkomst in een procedure, wanneer de procespartijen niet in rechtsbetrekking staan tot de (franchise)overeenkomst?

Door mr. C. Damen|17-08-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|

Artikel De Nationale Franchise Gids: “Informatieverplichtingen van de beoogd franchisenemer onder de Wet franchise” – d.d. 7 augustus 2020 – mr. A.W. Dolphijn

Alhoewel de Wet franchise tot doel heeft franchisenemers te beschermen tegen franchisegevers, zijn er ook een aantal verplichtingen voor franchisenemers bepaald.

Contractuele vereisten voor ontbinding niet in acht genomen? Geen rechtsgeldige ontbinding van de franchiseovereenkomst – d.d. 23 juli 2020 – mr. C. Damen

Mag een franchisegever de franchiseovereenkomst ontbinden wanneer zij haar eigen contractuele voorschriften niet in acht heeft genomen?

Door mr. C. Damen|23-07-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|
Ga naar de bovenkant