Ondanks tegenclaim franchisenemer gerechtvaardigde ontbinding franchisecontract door franchisegever

Door Gepubliceerd Op: 10-08-2010Categorieën: Uitspraken & actualiteitenLabel: , ,

Rechtbank Rotterdam

De Rotterdamse rechtbank heeft onlangs beslist dat betalingsachterstand van ruim € 80.000,– voldoende is voor de franchisegever om de franchiseovereenkomst te ontbinden.

De achterstallige betaling is voldoende voor beëindiging van de franchiseovereenkomst, ondanks het feit dat de franchisenemer aanvoert dat de franchisegever geen enkele marketinginspanning heeft verricht of marketingmaterialen heeft geleverd, terwijl de franchisenemer daar wel € 400.000,– voor heeft afgedragen. De beweerdelijke tegenclaim wordt volgens de rechtbank echter in het geheel niet onderbouwd. Voorts is niet gebleken dat de franchisenemer op enig moment de franchisegever in gebreke heeft gesteld, zodat er ook geen sprake kan zijn van verzuim aan de zijde van de franchisegever en daarmee geen opeisbare tegenvordering is ontstaan. Opschorting van de betalingsachterstand van ruim € 80.000,– is dan ook niet gerechtvaardigd.

De Rotterdamse rechtbank oordeelt dan ook dat de franchisegever de franchiseovereenkomst terecht ontbindt en verordonneert voorts dat de franchisenemer zich niet langer als franchisenemer naar buiten toe mag gedragen. Voorts dient de vordering van ruim € 80.000,– te worden voldaan.

Voor opschorting door de franchisenemer in een dergelijke situatie is noodzakelijk dat een gefundeerde onderbouwing, met inbegrip van ingebrekestelling, het geval is en niet dat de niet onderbouwde stelling voor het eerst in rechte aan de orde wordt gesteld.

Mr Th.R. Ludwig – Franchise advocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies Wilt u reageren? Mail naar ludwig@ludwigvandam.nl

Andere berichten

De Hoge Raad stelt zware eisen aan franchiseprognoses

Een uitspraak van de Hoge Raad van vrijdag jl. werpt nieuw ligt op het verstrekken van winst- en omzetprognoses aan aspirant-franchisenemers.

Door Ludwig en van Dam|28-02-2017|Categorieën: Franchise overeenkomsten, Geschillen beslechting, Prognose-problematiek, Uitspraken & actualiteiten|Label: , , |

Inbreuk op exclusief verzorgingsgebied door franchisegever in verband met formulewijziging d.d. 27 februari 2017

Op 30 januari 2017 heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland, ECLI:NL:RBNHO:2017:688 (Intertoys/franchisenemer) de vraag voorgelegd gekregen hoe omgegaan moet worden met het

Prognoses bij startup franchiseformule

Het gerechtshof Amsterdam oordeelde op 14 februari 2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:455 (Tot Straks/franchisenemer) over de vraag of de franchisegever een ondeugdelijke prognose verschaft had en de

Verplicht overdragen franchiseonderneming aan franchisegever?

De rechtbank Amsterdam heeft op 23 januari 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:412 (CoffeeCompany/Dam Spirit B.V.) een vonnis gewezen over de vraag of een franchisenemer bij een beëindiging van de samenwerking

Overdracht klantendata aan franchisegever

Het gerechtshof Amsterdam oordeelde in het arrest van 10 januari 2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:68 (OnlineAccountants.nl) onder meer over de vraag hoe klantendata moet worden overgedragen.

Uitverkoop bij bedrijfsbeëindiging franchisenemer – wie krijgt de uitverkoopopbrengst?

In het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland d.d.12 oktober 2016, ECLI:NL:RBNNE:2016:5061 (Bewindvoerder/Expert Groep en Rabobank) stond de vraag centraal of de franchisegever tezamen met de bank

Ga naar de bovenkant