Mogelijke valkuilen van een startende franchisenemer

Een onderneming starten op basis van “franchising” is in. Dit is ook niet verwonderlijk, immers als startend ondernemer heeft het zeker een aantal voordelen om onder een beproefd franchise concept een onderneming te exploiteren. Hieronder volgen zeven punten die de aspirant franchisenemer mijns inziens in ieder geval in acht dient te nemen, vóórdat hij met een franchisegever in zee gaat.

1. Is sprake van een beproefd franchise-concept? Met andere woorden, heeft de formule zich in de praktijk inderdaad bewezen? Als slechts sprake is van een beginnend concept van een paar maanden oud, waaraan een beperkt aantal franchisenemers deelnemen, moet de startend franchisenemer op zijn/haar hoede zijn. In dit soort situaties adviseer ik aspirant franchisenemers doorgaans om een aantal stevige gesprekken te voeren met potentiële collega franchisenemers. Dit kan zeer verhelderend werken.

2. Is een deugdelijk – onafhankelijk – marktonderzoek uitgevoerd waaruit volgt dat de exploitatie van de onderneming in de toekomst financieel levensvatbaar is? Dit is een zeer belangrijk punt. Als de franchisegever desgevraagd niet bereid is een dergelijk onderzoek op haar kosten uit te doen voeren, is een gezonde dosis argwaan op zijn plaats. Sterker nog, in mijn visie dient een franchisenemer zonder een dergelijk onderzoek niet te starten. De franchisenemer dient immers (enig) inzicht te hebben in de te verwachten resultaten. Daar komt nog bij dat de franchisenemer de franchisegever – indien de resultaten gedurende de rit tegenvallen – de franchisegever kan aanspreken op de resultaten van het marktonderzoek.

3. Van belang is voorts dat in de franchiseovereenkomst zowel de verplichtingen van de franchisegever als van de franchisenemer opgenomen worden. Er dient sprake te zijn van een uitgebalanceerde franchiseovereenkomst. Is de franchisegever bereid rekening te houden met eventuele suggesties van de franchisenemer, of is het “slikken of stikken” ? Kortom, voorkomen dient te worden dat de franchisenemer een wurgcontract aangaat, waarin uitsluitend verplichtingen voor de franchisenemer zijn opgenomen.

Ludwig & Van Dam franchise advocaten, franchise juridisch advies

Andere berichten

Column Franchise + – mr. Th.R. Ludwig: “Op weg naar risicoaansprakelijkheid”

Onlangs heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in een prognosekwestie.

Geen geldig beroep op non-concurrentiebeding bij franchising

De voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland heeft op 28 februari 2017, ECLI:NL:RBGEL:2017:1469, beslist over de vraag of een franchisenemer gehouden kon worden aan een non-concurrentiebeding.

Structureel ondeugdelijke omzetprognoses van de franchisegever

De rechtbank Limburg heeft op 15 maart 2017 in acht vergelijkbare vonnissen (waaronder ECLI:NL:RBLIM:2017:2344) de franchiseovereenkomsten van diverse franchisenemers van de P3-franchiseformule

Franchisenemer verplicht meewerken aan formulewijziging?

De voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam heeft zich op 24 maart 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:1860, wederom gebogen over de kwestie waarbij Intertoys de winkels van Bart Smit wenst om te bouwen

Leveringsstop van franchisegever niet toegestaan

Op 9 februari 2017 heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland, ECLI:NL:RBGEL:2017:1372, geoordeeld dat een franchisegever haar verplichting tot belevering van de franchisenemer niet

Alex Dolphijn in het Financiële Dagblad over het arrest van de Hoge Raad inzake Street-One

Franchisegevers eerder aansprakelijk bij foute prognoses Franchisenemers kunnen hun moederorganisatie voortaan makkelijker aansprakelijk stellen voor ondeugdelijke winst en omzetprognoses.

Ga naar de bovenkant