Leveringsstop van franchisegever niet toegestaan

Op 9 februari 2017 heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland, ECLI:NL:RBGEL:2017:1372, geoordeeld dat een franchisegever haar verplichting tot belevering van de franchisenemer niet ineens mocht stoppen, ondanks dat de franchisenemer een forse betalingsachterstand had. 

De franchisenemer had de betalingsachterstand fors teruggebracht. Gedurende enkele jaren had de franchisegever een fors leverancierskrediet toegestaan voor wat betreft het resterende. Niet vastgesteld is dat de franchisegever op enig moment aangegeven heeft dat de betalingsachterstand voor haar als franchisegever onacceptabel was en binnen een bepaalde termijn tot een bepaald bedrag moest worden teruggebracht, of volledig moest worden afgelost. Het stond de franchisegever derhalve niet vrij om zich vrij plotseling op het standpunt te stellen om de franchisenemer niet meer te beleveren en het volledig openstaande bedrag ineens, zonder inachtneming van een termijn, op te eisen. 

Iets anders is dat uit het toestaan van het leverancierskrediet niet zonder meer ook de verplichting voortvloeit een verder oplopen daarvan toe te staan en toe te blijven staan. Het stond de franchisegever dan ook (wel) vrij om de franchisenemer te beleveren tegen vooruitbetaling. 

Franchisegevers kunnen er niet zonder meer vanuit gaan dat zij te allen tijde de franchisenemer voor het blok kunnen zetten als de franchisenemer een betalingsachterstand heeft 

Mr. A.W. Dolphijn – Franchiseadvocaat 

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. 

Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl.

Andere berichten

De herstructurering binnen de formules van Intergamma in juridisch perspectief

De juridische werkelijkheid is soms weerbarstiger dan de feitelijke. De geruchtmakende kwestie bij Intergamma is daar een mooi voorbeeld van.

Non-concurrentiebeding bij verkoop franchiseonderneming

Hoe scherp dient een non-concurrentiebeding te zijn bij de verkoop van een franchiseonderneming aan de franchisegever? Die vraag was aan orde in een geschil waarin de rechtbank Gelderland op

Franchisegever faalt met beroep op non-concurrentiebeding

Alhoewel een non-concurrentiebeding in een franchiseovereenkomst geldig geformuleerd is, kan er toch een situatie ontstaan die dermate diffuus is dat de franchisegever er geen beroep op kan doen.

Overnames en franchisenemersbelang

Het zal niemand zijn ontgaan, zeker het laatste jaar kan niet anders worden geconcludeerd dan dat de Nederlandse economie zich weer fors in de lift bevindt.

Welke rechter bij huur- en franchiseovereenkomst?

Welke rechter is bevoegd te oordelen over een samenhangende huur- en franchiseovereenkomst?

Ga naar de bovenkant