Leveringsstop van franchisegever niet toegestaan

Op 9 februari 2017 heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland, ECLI:NL:RBGEL:2017:1372, geoordeeld dat een franchisegever haar verplichting tot belevering van de franchisenemer niet ineens mocht stoppen, ondanks dat de franchisenemer een forse betalingsachterstand had. 

De franchisenemer had de betalingsachterstand fors teruggebracht. Gedurende enkele jaren had de franchisegever een fors leverancierskrediet toegestaan voor wat betreft het resterende. Niet vastgesteld is dat de franchisegever op enig moment aangegeven heeft dat de betalingsachterstand voor haar als franchisegever onacceptabel was en binnen een bepaalde termijn tot een bepaald bedrag moest worden teruggebracht, of volledig moest worden afgelost. Het stond de franchisegever derhalve niet vrij om zich vrij plotseling op het standpunt te stellen om de franchisenemer niet meer te beleveren en het volledig openstaande bedrag ineens, zonder inachtneming van een termijn, op te eisen. 

Iets anders is dat uit het toestaan van het leverancierskrediet niet zonder meer ook de verplichting voortvloeit een verder oplopen daarvan toe te staan en toe te blijven staan. Het stond de franchisegever dan ook (wel) vrij om de franchisenemer te beleveren tegen vooruitbetaling. 

Franchisegevers kunnen er niet zonder meer vanuit gaan dat zij te allen tijde de franchisenemer voor het blok kunnen zetten als de franchisenemer een betalingsachterstand heeft 

Mr. A.W. Dolphijn – Franchiseadvocaat 

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. 

Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl.

Andere berichten

Artikel Franchise+ – “Franchisegever hanteert “afgeleide formule” (zonder dat hij het weet)” – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 9 september 2020

Tal van franchisegevers zullen zich niet bewust zijn van het gegeven dat zij een “afgeleide formule” gebruiken zoals bedoeld in de Wet franchise.

Door Alex Dolphijn|09-09-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|

Artikel mr. C. Damen – Drie voorwaarden bij het recht op klantenvergoeding voor de agent bij de beëindiging van de agentuurovereenkomst – d.d. 26 augustus 2020

Bij de agentuurrelatie tussen een agent en een opdrachtgever (de principaal) leggen partijen hun samenwerkingsafspraken vast in een agentuurovereenkomst. Wanneer de principaal de agentuurovereenkomst

Door mr. C. Damen|26-08-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|

Artikel mr. C. Damen – “Wanneer geldt de exhibitieplicht voor het overleggen de franchiseovereenkomst?” d.d. 17 augustus 2020

Geldt de exhibitieplicht voor het tonen van een (franchise)overeenkomst in een procedure, wanneer de procespartijen niet in rechtsbetrekking staan tot de (franchise)overeenkomst?

Door mr. C. Damen|17-08-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|

Artikel De Nationale Franchise Gids: “Informatieverplichtingen van de beoogd franchisenemer onder de Wet franchise” – d.d. 7 augustus 2020 – mr. A.W. Dolphijn

Alhoewel de Wet franchise tot doel heeft franchisenemers te beschermen tegen franchisegevers, zijn er ook een aantal verplichtingen voor franchisenemers bepaald.

Ga naar de bovenkant