Koppeling huurovereenkomst en franchise-overeenkomst: nieuwe wetgeving
Naar verwachting zal op termijn van enkele maanden het nieuwe huurrecht in werking treden. Een en ander heeft gevolgen voor de koppeling van de duur van de huurovereenkomst aan die van de franchise-overeenkomst.
In een bijdrage in deze nieuwsbrief van enige maanden geleden is reeds aandacht besteed aan de koppeling van de duur van de (onder)huurovereenkomst tussen franchisegever en franchisenemer aan die van de tussen partijen gesloten franchise-overeenkomst. Een dergelijke koppeling betreft een afwijking van het dwingendrechtelijke huurregime uit het Burgerlijk wetboek. Voor een dergelijke afwijking is goedkeuring van de kantonrechter noodzakelijk.
Op grond van de thans geldende regelgeving verleent de rechter zijn goedkeuring aan een afwijkend beding alleen op grond van de bijzondere omstandigheden van het geval. Dit betreft een vrij algemeen criterium dat in de praktijk ruim wordt uitgelegd. Dit heeft tot gevolg dat onder de huidige regelgeving de kantonrechter voor een beding waarin de duur van de onderhuurovereenkomst aan die van de franchise-overeenkomst wordt gekoppeld meestal zijn goedkeuring verleend.
Het nieuwe huurrecht handhaaft het systeem van dwingendrechtelijke huurbescherming voor de huurder gedurende een periode van vijf + vijf jaar. Goedkeuring van de kantonrechter blijft noodzakelijk.
Op grond van de nieuwe regelgeving wordt echter een nieuw criterium gehanteerd. De goedkeuring wordt nog alleen gegeven indien het afwijkende beding de huurbescherming die de huurder (franchisenemer) heeft niet wezenlijk aantast, of indien de maatschappelijke positie van de huurder in vergelijking met die van de verhuurder zodanig is dat hij de huurbescherming in redelijkheid niet behoeft. Indien niet aan één van deze voorwaarden wordt voldaan, zal de goedkeuring door de kantonrechter niet worden verleend. Naar verwachting zal ten opzichte van de huidige regelgeving vaker goedkeuring door de kantonrechter worden geweigerd. Na inwerkingtreding van de nieuwe regelgeving zal daarmee eerst praktijkervaring dienen te worden opgedaan om uiteindelijk te kunnen beoordelen in welke gevallen goedkeuring zal worden verleend voor de koppeling van de duur van de (onder)huurovereenkomst aan die van de franchise-overeenkomst.
Concluderend dient gesteld te worden dat de mogelijkheden om de duur van de (onder)huurovereenkomst en die van de franchise-overeenkomst te koppelen onder de nieuwe regelgeving waarschijnlijk ingeperkt zullen worden
Ludwig & Van Dam franchise advocaten, franchise juridisch advies
Andere berichten
Artikel Franchiseplus: “Franchisegevers participeren in franchisenemers”- d.d. 3 juni 2020 – mr. A.W. Dolphijn
Steeds vaker participeren franchisegevers in de onderneming van de franchisenemer. Er zijn diverse voordelen te bedenken voor zowel de franchisenemer als de franchisegever.
Artikel De Nationale Franchise Gids – “Corona-korting op huur” – d.d. 2 juni 2020 – mr. A.W. Dolphijn
Als een huurpand verplicht gesloten is vanwege corona, dan kan er sprake zijn van een recht op huurprijsvermindering, aldus de rechtbank Noord-Nederland.
Artikel Franchise+ – Franchisenemers genieten, wat betreft een concurrentiebeding, dezelfde bescherming als werknemers en handelsagenten – d.d. 7 mei 2020 – mr. R.C.W.L. Albers
Het komt nogal eens voor dat, met name door franchisenemers, te lichtvaardig wordt gedacht over de geldigheid van een postcontractueel beding van non-concurrentie.
Het steunakkoord voor de Retailsector in deze Coronacrisis – d.d. 15 april 2020 – mr. K. Bastiaans
Op 10 april 2020 heeft het Ministerie van Economische Zaken samen met een aantal verhuurders, retailers en banken een Steunakkoord bereikt.
Rechtbank oordeelt dat coronacrisis geen overmacht oplevert – d.d. 10 april 2020 – mr. A.W. Dolphijn
Als er niet betaald kan worden door het teruggelopen van inkomsten, dan is er niet altijd sprake van een overmacht situatie.
Belangrijke informatie voor bestuurders van franchisenemersverenigingen: Online vergaderen en besluiten nemen in tijden van corona – d.d. 10 april 2020 – mr. J. Sterk
Voorzieningen noodwet voor rechtsgeldige besluiten zonder fysiek samenkomen binnen de verenigingsstructuur.