Koppeling franchiseovereenkomst/onderhuurovereenkomst

Rechtbank Dordrecht, sector kanton

Franchiseovereenkomsten en onderhuurovereenkomsten dienen op adequate wijze aan elkaar te zijn gekoppeld. Immers, de onderhuurovereenkomst wordt beheerst door dwingend huurrecht. Hier kan niet zomaar van worden afgeweken. Een adequate koppeling vindt plaats door middel van een kantonrechtersverzoek, te doen bij ondertekening van de franchiseovereenkomst en onderhuurovereenkomst. De kantonrechter kan vervolgens goedkeuren dat van de dwingendrechtelijke huurbepalingen wordt afgeweken, bijvoorbeeld voor wat betreft de looptijd van de onderhuurovereenkomst en het moment van beëindiging. Bij een adequate koppeling vallen franchiseovereenkomst en onderhuurovereenkomst qua looptijd en opzegging gelijk.

Onlangs is een zaak voorgelegd aan de sector kanton van de rechtbank. De franchisegever deed hierbij een beroep op afwijkende huurbedingen die vooraf niet waren goedgekeurd door de kantonrechter. De kantonrechter concludeerde dat er dan geen gemengde overeenkomst aanwezig is, maar twee separate overeenkomsten. Het gevolg is dat de franchisenemer zich succesvol kon beroepen op de onderhuurovereenkomst, terwijl de franchiseovereenkomst was beëindigd. Ondanks beëindiging van de franchiseovereenkomst had de franchisegever, als onderverhuurder de belangen van de onderhuurder/franchisenemer in acht moeten nemen. De onderhuurder/franchisenemer ondervond hierdoor schade, waarvoor de franchisegever/onderverhuurder aansprakelijk was, aldus de rechtbank te Dordrecht. De voormalig franchisenemer verkreeg door deze constructie een sterke positie.

Indien franchisegever en franchisenemer een gemengde overeenkomst wensen, dienen zij te allen tijde adequate koppeling aan de kantonrechter te verzoeken. Langs die weg is gelijktijdige beëindiging mogelijk.

 

Mr Th.R. Ludwig – Franchise advocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies Wilt u reageren? Mail naar ludwig@ludwigvandam.nl

Andere berichten

Column Franchise+ – mr. J Sterk: “Rechtbank veroordeelt fastfoodketen tot verlenging franchiseovereenkomst

De zaak speelt begin dit jaar. De franchisenemer weigert al jaren de bij verlenging aangeboden nieuwe franchiseovereenkomst te ondertekenen aangezien deze een verslechtering van zijn rechtspositie met

Door Jeroen Sterk|01-09-2017|Categorieën: Franchise overeenkomsten, Geschillen beslechting, Uitspraken & actualiteiten|Label: , |

Geen geldig non-concurrentiebeding voor franchisenemer

Op 18 november 2016 heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland, ECLI:NL:RBMNE:2016:7754, een vonnis gewezen in de kwestie waarbij aan de orde was of de franchisenemer gehouden

Franchise & Recht nr. 5 – Wet Acquisitiefraude en franchising

Per 1 juli 2016 is de Wet Acquisitiefraude ingevoerd. Hiermee zijn onder meer wijzigingen aangebracht in artikel 6:194 BW.

Door Ludwig en van Dam|10-08-2017|Categorieën: Franchise overeenkomsten, Geschillen beslechting, Prognose-problematiek, Uitspraken & actualiteiten|Label: , , |

Moet een franchisenemer een nieuw model-franchiseovereenkomst accepteren?

De rechtbank Rotterdam heeft op 31 maart 2017, ECLI:NL:RBROT:2017:2457 in kort geding geoordeeld over de vraag of franchisegever Bram Ladage de franchiseovereenkomst met haar franchisenemer had

Verplichte (marktconforme) inkoopprijzen voor franchisenemers

In hoeverre kan een franchisegever afspraken wijzigen over de (marktconforme) inkoopprijzen van de goederen die de franchisenemers verplicht zijn in te kopen?

Bestuurdersaansprakelijkheid van een franchisenemer na falend beroep op ondeugdelijke prognose.

Het gerechtshof 's-Hertogenbosch heeft op 11 juli 2017 een beslissing genomen over de vraag of de franchisegever met succes de bestuurder van een b.v. kon aanspreken voor het niet-nakomen van de

Ga naar de bovenkant