Koop/verkoop Albert Heijn-franchiseonderneming
In een vonnis van de rechtbank Midden-Nederland van 28 juli 2016, ECLI:NL:RBMNE:2016:6138, ging het over de verkoop van de aandelen in een tweetal vennootschappen, waarin een Albert Heijn-supermarkt geëxploiteerd werd. Het geschil ging om wat er nu exact bij de koop/verkoop inbegrepen was.
Vlak voor de finalisering blijken de moedermaatschappij van de verkopers de verhuurder te worden van een van de supermarktbedrijfsruimten. Zij oefenen het voorkeursrecht tot koop uit. De kopers van de aandelen vorderden dat zij de supermarktbedrijfsruimte geleverd krijgen als onderdeel van de aandelenkoop. De verkopers voeren aan dat het voorkeursrecht tot koop van de supermarktbedrijfsruimte niet bij de vennootschappen rust die onderwerp van de beoogde transactie zijn. Bovendien hadden de kopers nooit geïnformeerd naar het voorkeursrecht en hadden de verkopers er ook nooit iets over medegedeeld. De voorzieningenrechter wijst de vordering dan ook af en bepaalt dat de koop doorgang moet vinden, zonder de supermarktbedrijfsruimte, zodat men weet wat er nu wel en niet bij de koop/verkoop inbegrepen zit.
Uit dit vonnis volgt het belang van deskundige bijstand bij het onderhandelen over de overname van supermarkten.
Mr. A.W. Dolphijn – Franchiseadvocaat
Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl.
Andere berichten
Hoe ver strekt de zorgplicht van de bank?
In de rechtspraak is enige tijd geleden de vraag aan de orde geweest wat de positie van de bank is in de driehoeksverhouding franchisegever – bank – franchisenemer.
Bewijslastomkering bij prognose als misleidende reclame?
De rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft in een kort gedingvonnis van 15 juni 2017, ECLI:NL:RBZWB:2017:3833, geoordeeld over een vordering tot (onder meer) schorsing van het non-concurrentiebeding.
Boete voor franchisegever omdat aspirant-franchisenemer vreemdeling is
De Raad van State heeft op 5 juli 2017, ECLI:NL:RVS:2017:1815, beslist over de vraag of bij de (voorgenomen) samenwerking tussen een franchisegever en een aspirant-franchisenemer, de franchisegever
Artikel in Entree: “Bedrijfsnaam”
“Ik heb een prachtige naam bedacht voor mijn horecaonderneming en heb hier de nodige kosten voor gemaakt. Nu is er een andere ondernemer die vrijwel dezelfde gaat gebruiken. Mag dat wel?”
Zorgplicht bank bij franchiseovereenkomsten
Het gerechtshof Den Haag heeft op 23 mei 2017, EQLI:NL:GHDHA:2017:1368, zich moeten uitlaten over de vraag of de bank een aspirant-franchisenemer had moeten waarschuwen, in verband met het
Artikel in Entree: “Op staande voet”
“Kan ik een werknemer op staande voet ontslaan als hij iets onbenulligs steelt, bijvoorbeeld etenswaren die over de houdbaarheidsdatum heen zijn?”