In een vonnis van de rechtbank Midden-Nederland van 28 juli 2016, ECLI:NL:RBMNE:2016:6138, ging het over de verkoop van de aandelen in een tweetal vennootschappen, waarin een Albert Heijn-supermarkt geëxploiteerd werd. Het geschil ging om wat er nu exact bij de koop/verkoop inbegrepen was. 

Vlak voor de finalisering blijken de moedermaatschappij van de verkopers de verhuurder te worden van een van de supermarktbedrijfsruimten. Zij oefenen het voorkeursrecht tot koop uit. De kopers van de aandelen vorderden dat zij de supermarktbedrijfsruimte geleverd krijgen als onderdeel van de aandelenkoop. De verkopers voeren aan dat het voorkeursrecht tot koop van de supermarktbedrijfsruimte niet bij de vennootschappen rust die onderwerp van de beoogde transactie zijn. Bovendien hadden de kopers nooit geïnformeerd naar het voorkeursrecht en hadden de verkopers er ook nooit iets over medegedeeld. De voorzieningenrechter wijst de vordering dan ook af en bepaalt dat de koop doorgang moet vinden, zonder de supermarktbedrijfsruimte, zodat men weet wat er nu wel en niet bij de koop/verkoop inbegrepen zit.

Uit dit vonnis volgt het belang van deskundige bijstand bij het onderhandelen over de overname van supermarkten.

Mr. A.W. Dolphijn – Franchiseadvocaat
Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl.

Andere berichten

Artikel Franchise+ – “Franchisegever hanteert “afgeleide formule” (zonder dat hij het weet)” – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 9 september 2020

Tal van franchisegevers zullen zich niet bewust zijn van het gegeven dat zij een “afgeleide formule” gebruiken zoals bedoeld in de Wet franchise.

Door Alex Dolphijn|09-09-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|

Artikel mr. C. Damen – Drie voorwaarden bij het recht op klantenvergoeding voor de agent bij de beëindiging van de agentuurovereenkomst – d.d. 26 augustus 2020

Bij de agentuurrelatie tussen een agent en een opdrachtgever (de principaal) leggen partijen hun samenwerkingsafspraken vast in een agentuurovereenkomst. Wanneer de principaal de agentuurovereenkomst

Door mr. C. Damen|26-08-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|

Artikel mr. C. Damen – “Wanneer geldt de exhibitieplicht voor het overleggen de franchiseovereenkomst?” d.d. 17 augustus 2020

Geldt de exhibitieplicht voor het tonen van een (franchise)overeenkomst in een procedure, wanneer de procespartijen niet in rechtsbetrekking staan tot de (franchise)overeenkomst?

Door mr. C. Damen|17-08-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|

Artikel De Nationale Franchise Gids: “Informatieverplichtingen van de beoogd franchisenemer onder de Wet franchise” – d.d. 7 augustus 2020 – mr. A.W. Dolphijn

Alhoewel de Wet franchise tot doel heeft franchisenemers te beschermen tegen franchisegevers, zijn er ook een aantal verplichtingen voor franchisenemers bepaald.

Ga naar de bovenkant