Hoever strekt het concurrentiebeding?
Onlangs heeft de Hoge Raad een arrest gewezen met betrekking tot een concurrentiebeding in een franchiserelatie.
Vanuit een specifiek opgerichte besloten vennootschap levert X automatiserings-werkzaamheden aan de concurrent van de voormalig franchisegever. De franchisegever heeft eerder het bedrijf van X gekocht. De vraag rijst in hoeverre X het concurrentiebeding uit de koopovereenkomst heeft geschonden door te verkopen aan de concurrentie. Strikt genomen vallen de automatiseringswerkzaamheden niet onder de kernactiviteit van het bestelde en bedoelde uit het beding van non-concurrentie. Franchisegever toont echter dat de werkzaamheden zijn gebruikt als dekmantel aangezien X nauw betrokken is bij de totstandkoming van een voor hem concurrerende formule. De activiteiten blijken specifiek gericht op het winkelconcept van de concurrentie en worden bovendien niet aan andere klanten geleverd.
Zowel de rechtbank als het hof komen tot het oordeel dat er inderdaad sprake is van een dekmantel en dat het beding van non-concurrentie derhalve gehonoreerd dient te worden. X wordt veroordeeld tot het betalen van zeer hoge boetes, oplopend tot ruim € 800.000,– in hoger beroep.
De Hoge Raad oordeelt dat het hof niet op juiste gronden heeft geoordeeld en verwijst de zaak naar een ander hof om het geheel opnieuw te beoordelen. Uit de kwestie blijkt echter dat constructies die worden gehanteerd om het beding van non-concurrentie te omzeilen buitengewoon risicovol.
Een franchisenemer die twijfelt omtrent de interpretatie van het beding van non-concurrentie doet er verstandig aan goed en zorgvuldig af te wegen of de nieuwe activiteiten hier al dan niet onder vallen. Afstemming met de voormalig franchisegever kan in dezen veel problemen voorkomen. Indien dit niets oplevert, is een zeer zorgvuldige afweging op andere wijze noodzakelijk.
Mr Th.R. Ludwig – Franchise advocaat
Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies Wilt u reageren? Mail naar ludwig@ludwigvandam.nl
![](https://ludwigvandam.megaconcept.nl/wp-content/uploads/2020/12/232court-min-400x222.jpg)
Andere berichten
Franchisegever aansprakelijk voor onjuiste prognose jegens franchisenemer, onrechtmatige daad
Wederom heeft een gerechtelijke instantie zich onlangs uitgelaten omtrent de in franchiseverhoudingen met enige regelmaat voorkomende prognoseproblematiek, in casu het gerechtshof ’s-Hertogenbosch
Grenzen van vrijheid opzoeken kan conflict veroorzaken
Grenzen van vrijheid opzoeken kan conflict veroorzaken
Ludwig & Van Dam aanwezig op ALV Vereniging Albert Heijn Franchisenemers
Luwdig & Van Dam Advocaten zal met een stand aanwezig zijn op de Algemene Leden Vergadering van de Vereniging van Albert Heijn Franchisenemers op 12 maart a.s.
Onjuiste prognoses: franchisegever dient schadevergoeding te betalen aan franchisenemer
De rechtbank te Utrecht heeft onlangs vonnis gewezen met betrekking tot een prognosekwestie.
Het gebruik van social media in de franchiserelatie
Social media zijn niet meer weg te denken uit het dagelijks leven.
Verrekenen van vorderingen
Het kan voorkomen dat uw schuldenaar om diverse redenen niet aan zijn of haar betalingsverplichtingen tegenover u kan voldoen.