Het verrekeningsverweer en de opzegging van de franchiseovereenkomst voor onbepaalde duur

Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft op 29 september 2015 (ECLI:NL:GHARL:2015:7296) een arrest gewezen over de vraag of de franchisegever de franchiseovereenkomst voor onbepaalde duur kon opzeggen.

De franchisenemer stelde dat er geen sprake was van een betalingsachterstand, omdat de franchisenemer nog een voor verrekening vatbare vorderingen had op de franchisegever. Het Gerechtshof stelde vast dat die voor verrekening vatbare vordering (grotendeels) (nog) niet opeisbaar was op het moment dat de vordering van de franchisegever op de franchisenemer opeisbaar was. Er was derhalve sprake van een tekortkomingen in de nakoming van de verplichtingen uit de franchiseovereenkomst van de franchisenemer.

Nu er sprake is van een toerekenbare tekortkoming, bepaalt de franchiseovereenkomst dat de franchiseovereenkomst opzegbaar is. Het Gerechtshof beredeneerd dat de aanwezigheid van een zwaarwegende grond geen vereiste is voor een geldige opzegging van de franchiseovereenkomst. In zijn arrest van 28 oktober 2011 (ECLI:NL:HR:2011:BQ9854) heeft de Hoge Raad beslist dat een duurovereenkomst die voor onbepaalde tijd is aangegaan (indien wet en overeenkomst niet voorzien in een regeling van de opzegging) in beginsel opzegbaar is, met dien verstande dat de eisen van redelijkheid en billijkheid in verband met de aard en de inhoud van de overeenkomst en de omstandigheden van het geval kunnen meebrengen dat opzegging slechts mogelijk is indien een voldoende zwaarwegende grond voor opzegging bestaat. Die situatie doet zich hier echter niet voor, alleen al omdat tussen partijen niet ter discussie staat dat de franchiseovereenkomst, op grond van hetgeen de franchiseovereenkomst bepaald, terstond kan worden opgezegd indien de franchisenemer niet aan zijn verplichtingen heeft voldaan, aldus het Gerechtshof.

De slotsom is dat de franchisenemer weliswaar een tegenvordering had op de franchisegever, maar deze tegenvordering nog niet opeisbaar was, waardoor de franchisegever op dat moment de franchiseovereenkomst kon opzeggen omdat de franchisegever wel een opeisbare vordering op de franchisenemer had.

Mr. A.W. Dolphijn – Franchiseadvocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Mail naar dolphijn@ludwigvandam.nl

Andere berichten

Concurrentieverbod in de franchiseovereenkomst ontduiken – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 10 november 2020

Een concurrentieverbod in een franchiseovereenkomst wordt door franchisenemers vaak als bezwaarlijk ervaren, temeer als het concurrentieverbod ook geldt na afloop van de franchiseovereenkomst.

Artikel Franchise+ – “Hoe kom ik van mijn schulden af: Ook voor franchisenemers en franchisegevers” – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 20 oktober 2020

Ook voor franchisenemers en franchisegevers die in financieel zwaar weer verkeren, kan een reorganisatie noodzakelijk zijn om te kunnen blijven voortbestaan.

Door Alex Dolphijn|20-10-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|

Artikel De Nationale Franchise Gids: “Verplichting tot herinvesteringen voor franchisenemers kent grenzen” – d.d. 13 oktober 2020 – mr. R.C.W.L. Albers

In de praktijk komt het geregeld voor dat franchisegevers ervoor kiezen om hun franchiseformule en de daarbij passende uitstraling te vernieuwen

Rechter anticipeert op Wet franchise: geen verplichte formulewijziging (zonder drempelwaarde)

De rechtbank Amsterdam oordeelt dat een franchisenemer van Blokker niet verplicht is tot vernieuwing van de winkel volgens de nieuwste formule-uitgangspunten, zoals door Blokker opgedragen is.

Door Alex Dolphijn|05-10-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|

Interview mr. J. Sterk en mr. C. Rutten in Franchise+: “Oproep aan automotive sector: bereid je goed voor op nieuwe Wet franchise” d.d. 2 oktober 2020

De nieuwe Wet Franchise heeft een brede uitwerking, ook in de automotive sector. Maar of men zich er daar voldoende van bewust is?

Artikel De Nationale Franchise Gids – “Coronakorting van 50% op de huur” – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 15 september 2020

Tegenvallende omzetten in verband met de coronacrisis kunnen betekenen dat de huurprijs gehalveerd wordt, ook als er sprake is van een deels omzetgerelateerde huur.

Door Alex Dolphijn|15-09-2020|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|
Ga naar de bovenkant