HEMA veroordeeld tot opschorting e-commerce bijdrage aan franchisenemers

HEMA heeft een conflict met haar franchisenemers over de bijdrage in de kosten voor e-commerce. HEMA vindt dat de bestaande regeling uit 1997 achterhaald is. Met de franchisenemers is tot enkele jaren terug steeds in goed overleg de bijdrage voor e-commerce vastgesteld. Daarna is er geen overeenstemming meer bereikt over de afrekeningen. 

HEMA brengt haar franchisenemers een fee in rekening voor activiteiten op het gebied van e-commerce. Deze facturen verrekent HEMA met tegoeden van de franchisenemers. De franchisenemers verzetten zich hiertegen en verzochten in kort geding HEMA te veroordelen om HEMA te verbieden om incassomaatregelen te treffen aangaande de facturen inzake e-commerce. In het kort hebben de franchisenemers betoogd dat zij geen controle hebben kunnen uitoefenen op de cijfers die aan de facturen ten grondslag liggen, dat zij aanwijzingen hebben dat de berekening van HEMA niet klopt en dat zij – zoals eerder is gebeurd – gezamenlijk met HEMA de bijdrage voor e-commerce willen vaststellen. Hierover loopt ook een separate bodemprocedure bij de rechtbank Amsterdam. 

De rechtbank oordeelt dat in de bodemprocedure uitgemaakt zal moeten worden hoe de afspraken over de bijdrage in e-commerce uitgelegd dienen te worden. De voorzieningenrechter ziet, zonder vooruit te lopen op de beslissing van de bodemrechter, wel aanleiding HEMA te veroordelen de verrekening voorlopig te staken. Hoewel het de vraag is of de stellingen van de franchisenemers juist zijn, kan dit door de voorzieningenrechter immers ook niet worden uitgesloten. Bovendien hebben de franchisenemers al wel een substantieel deel van de facturen van HEMA voldaan en zal de bodemrechter naar verwachting binnen afzienbare tijd vonnis wijzen. HEMA wordt veroordeeld om voorlopig geen incassomaatregelen te treffen aangaande vermeende bijdrage in de kosten van e-commerce. Zie het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 6 maart 2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:1291. 

Mr. A.W. Dolphijn  – franchiseadvocaat 

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl.

Andere berichten

Franchisegever verbiedt opening (franchise)onderneming

Een franchisegever vorderde in kort geding om een franchisenemer te verbieden om de onderneming van een franchisenemer te openen.

Column Snackkoerier nr. 8: “Met 7 stappen voldoe je aan de privacywet”

Over de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) is al veel geschreven. De wet is sinds 25 mei van toepassing, maar veel ondernemingen hebben hun privacybeleid nog (lang) niet op orde.

Gedwongen naar een andere franchiseformule op het bestaande vestigingspunt?

Als een franchiseformule ophoudt te bestaan, bijvoorbeeld als deze ingelijfd wordt bij een andere organisatie, dan kan de vraag zijn of de franchisenemer dan ook verplicht is zich te laten inlijven in

Column Franchise+ – 50 procent meer rechtzaken in franchise

Uit de door Ludwig & Van Dam advocaten gepubliceerde Juridische Franchisestatistiek 2018 blijkt dat er toename is van 50% in het aantal uitspraken in rechtszaken dat in 2017 is gedaan ten opzichte van

Door Theodoor Ludwig|31-05-2018|Categorieën: Franchise statistieken, Uitspraken & actualiteiten|Label: |
Ga naar de bovenkant