HEMA in de clinch met franchisenemers over afspraken e-commerce
De rechtbank Amsterdam heeft op 18 juli 2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:5098 een vonnis geveld in een bodemprocedure waarbij de franchisenemers grotendeels in het gelijk gesteld werden over e-commerce. Eerder werd in kort geding nog anders geoordeeld. Zie het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 6 maart 2018, waarover ik hier eerder schreef.
HEMA vindt dat de bestaande regeling uit 1997 over de bijdrage in de kosten voor e-commerce achterhaald is. Met de franchisenemers is tot enkele jaren terug steeds in goed overleg de bijdrage voor e-commerce vastgesteld. Daarna is er geen overeenstemming meer bereikt over de afrekeningen.
In het kort gedingvonnis van 6 maart 2018 oordeelde de rechtbank dat in de bodemprocedure uitgemaakt moet worden hoe de afspraken over de bijdrage in e-commerce uitgelegd dienen te worden. De voorzieningenrechter zag, zonder vooruit te lopen op de beslissing van de bodemrechter, wel aanleiding HEMA te veroordelen de incasso van de volgens haar verschuldigde bijdrage voor e-commerce voorlopig te staken.
De bodemrechter van de rechtbank Amsterdam heeft nu op 18 juli 2018 beslist over hoe de afspraken over de bijdrage in e-commerce uitgelegd dienen te worden. In 2015 zijn in een vaststellingsovereenkomst afspraken neergelegd over een te scheppen normenkader voor het vaststellen van de bijdrage in e-commerce van de franchisenemers.
Centraal staat de vraag of in 2015 afgesproken is of het normenkader voor de berekening van de e-commerce afhankelijk is van de uitkomst van de evaluatie van de al bestaande afspraken over e‑commerce uit 1997. De franchisenemers betwisten dit. De rechtbank oordeelde dat niet gebleken is van een dergelijke afgesproken afhankelijkheid. De afspraken uit 1997 blijven dus onverkort van kracht. Partijen zijn nog immer bereid om het normenkader verder uit te werken, zodat van een tekortkoming door de franchisenemers van de afspraken uit 2015 geen sprake is.
Klaarblijkelijk is de door HEMA gewenste herijking gericht op een verhoging van de bijdrage van de franchisenemers. Voor een dergelijke eenzijdige wijziging van de bestaande afspraken dient de franchisegever zeer goede gronden aan te voeren. De door HEMA als franchisegever beweerde halsstarrigheid van de franchisenemers om tot herijking van de afspraken uit 1997 te komen, keert zich tegen HEMA. Wellicht heeft HEMA haar hand overspeeld?
Mr. A.W. Dolphijn – franchiseadvocaat
Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl.
Andere berichten
Artikel De Nationale Franchisegids: “Rechter stelt franchisenemers Domino’s opnieuw in het gelijk” – d.d. 3 september 2019 – mr. R.C.W.L. Albers
Begin 2018 hebben nagenoeg alle franchisenemers van Domino’s en de Vereniging van Domino’s Pizza Franchisenemers een tweetal kwesties aan de rechter te Rotterdam voorgelegd.
Artikel De Nationale Franchisegids: “De tussentijdse beëindiging van de franchiseovereenkomst” – 12 augustus 2019 – mr. J.A.J. Devilee
Een franchiseovereenkomst kan op vele manieren tussentijds eindigen.
Artikel De Nationale Franchise Gids: “Kamervragen gesteld over (schijn-)zelfstandigheid franchisenemers” – d.d. 24 juli 2019 – mr. M. Munnik
Over de zogenaamde schijnzelfstandigheid binnen de verhouding tussen franchisegever en franchisenemer zijn onlangs Kamervragen gesteld.
Artikel Franchise+: “Met onze franchiseformule gaat u bergen goud verdienen.” d.d. 10 juli 2019 – mr. A.W. Dolphijn
Het onderscheid tussen toelaatbare aanprijzingen en misleidende informatie blijft een grijs gebied, ondanks de wetgeving hierover.
Franchisenemer mag assortiment vreemd inkopen na verplichte formulewijziging – 6 juni 2019 – mr. J.A.J. Devilee
De rechtbank Oost-Brabant heeft zich onlangs in kort geding gebogen over een belangwekkende kwestie waarin een franchisenemer geheel onvrijwillig een alternatieve formule opgedrongen heeft gekregen.
Hoe behoud ik mijn vestigingsplaats? – 6 juni 2019 – mr. K. Bastiaans
Voor franchisegevers en franchisenemers is, met name in de detailhandel, de vestigingsplaats van groot belang.