Gefuseerde franchisegever beconcurreert eigen franchisenemers
Als een franchiseorganisatie overgenomen wordt, kan het zijn dat het daarbij de bedoeling is dat deze uitgefaseerd wordt om te integreren in de overnemende partij. De vraag is dan hoe om te gaan als potentiële klanten van de franchisenemers van de overgenomen franchiseorganisatie naar de nieuwe organisatie vloeien. De rechtbank Midden-Nederland oordeelde op 29 juli 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:3148 over een dergelijke kwestie.
Uitvaartorganisatie Yarden is overgenomen door concurrent Dela. De franchiseorganisatie en -formule van Yarden wordt uitgefaseerd om te worden geïntegreerd in Dela. Het klantencontactcentrum en het telefoonnummer van Yarden worden op een gegeven moment uitgevoerd en behandeld door Dela. Ook worden in sociale media van Yarden de diensten van Dela gepromoot. Hierdoor leiden de franchisenemers van Yarden schade. De franchisenemers stellen dat Yarden de eigen franchisenemers beconcurreren door te verwijzen naar haar (nieuwe) groepsmaatschappij Dela.
Yarden stelde dat het om incidentele fouten gaat, dat inmiddels doeltreffende maatregelen genomen zijn en dat compensatie geboden is voor de fouten. De franchisenemers stellen dat de fouten en doorverwijzingen nog immer voortduren. Verder stelt Yarden dat zij niet veel aan de fouten kan dien, maar dat het te wijten zou zijn aan andere organisaties binnen haar groep, zoals Yarden Uitvaarten B.V.
De rechtbank is het met de franchisenemers eens en meent dat de fouten niet incidenteel zijn, en dat Yarden als franchisegever zich niet kan verschuilen achter handelen van gelieerde ondernemingen. De rechtbank gebiedt Yarden als franchisegever de doorverwijzingen naar Dela te staken, op straffe van een dwangsom.
Uit deze uitspraak blijkt dat het wijzigingsproces van een franchiseformule de nodige zorgvuldigheid vergt, wat in deze kwestie ontbrak.
Ludwig & Van Dam advocaten, franchise juridisch advies.
Wilt u reageren? Mail dan naar dolphijn@ludwigvandam.nl
![](https://ludwigvandam.megaconcept.nl/wp-content/uploads/2020/12/232court-min-400x222.jpg)
Andere berichten
Supermarktbrief – 5
Verwerving supermarktlocatie door opzegging huurovereenkomst ten koste van zittende huurder mag van Hoge Raad.
Verwerving supermarktlocatie door opzegging huurovereenkomst ten koste van zittende huurder mag van Hoge Raad
Op 25 april 2014 heeft de Hoge Raad ten tweede male bevestigd dat de wachttijd van drie jaar bij opzegging van de huurovereenkomst winkelruimte wegens dringend eigen gebruik na koop van het onroerend
Eenzijdige collectieve fee-verhoging door franchisegever ongeoorloofd
In een belangwekkende uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 23 april 2014, lag de vraag voor of een franchisegever een verhoging van een bijdrage mocht doorvoeren.
Belangen Vereniging Franchisenemers Nederland (BVFN) voert nader overleg met de Minister
Op 16 april 2014 heeft het al aangekondigde gesprek tussen de Belangen Vereniging Franchisenemers Nederland (BVFN), en het Ministerie van Economische Zaken plaatsgevonden.
Exoneratie zorgplicht bij prognose franchisegever
In een uitspraak van de rechtbank Overijssel van 9 april 2014, kwam de interessante vraag aan de orde of een samenwerking als franchise gekwalificeerd diende te worden.
Concurrentiebeding sneuvelt in kort geding
Onlangs oordeelde de voorzieningenrechter te Rotterdam dat een franchisenemer niet gehouden was aan het in de franchiseovereenkomst opgenomen concurrentiebeding.