Geen recht op verlenging franchiseovereenkomst – 6 juli 2020 – mr. A.W. Dolphijn

Mag een franchisegever verlenging van de franchiseovereenkomst weigeren
indien de franchisenemer niet instemt met gewijzigde voorwaarden van een
nieuw te sluiten franchiseovereenkomst? De rechtbank Limburg oordeelde in
een vonnis in kort geding van 29 mei 2020, ECLI:NL:RBLIM:2020:3860, dat in
het voorgelegde geval de franchisegever afscheid mocht nemen van de
franchisenemer.

De franchisenemer stelde zich op het standpunt dat de franchisegever
onrechtmatig handelt, dan wel misbruik maakt van haar bevoegdheid en
machtspositie, door het stellen van onredelijke voorwaarden voor verlenging
en door te weigeren verder te onderhandelen over verlenging op redelijke
voorwaarden of hen meer tijd te gunnen voor verkoop. Indien de
franchisenemer zou worden gedwongen de exploitatie te staken, dan zou er
gigantische schade geleden worden.

De franchisegever had steeds het initiatief genomen om de bestaande
franchiseovereenkomsten te verlengen. Zij heeft er op gewezen dat het
verzoek om verlenging uiterlijk zes maanden voor het aflopen daarvan moest
worden ingediend en hoe dat moest gebeuren. Franchisenemer heeft daarop
nooit uit eigen initiatief en tijdig om een dergelijke verlenging verzocht.
Franchisenemer had zich in de loop der tijd wisselend opgesteld.
Aanvankelijk wilde men niet verlengen, vervolgens weer wel, maar niet op
voorwaarden volgens de nieuwe overeenkomst, vervolgens wilde men de
vestigingen verkopen.

De franchisenemer wordt veroordeeld tot het beëindigen van het gebruik van
de franchiseformule op straffe van een dwangsom.

Het is sterk van de situatie afhankelijk of en hoe een
franchiseovereenkomst rechtsgeldig beëindigd wordt en hoe de
onderhandelingen gekwalificeerd moeten worden, wie daartoe (telkenmale) het
initiatief neemt en wat de opstelling van partijen is.

 

Mr. A.W. Dolphijn – franchiseadvocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt
u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl

Andere berichten

De herstructurering binnen de formules van Intergamma in juridisch perspectief

De juridische werkelijkheid is soms weerbarstiger dan de feitelijke. De geruchtmakende kwestie bij Intergamma is daar een mooi voorbeeld van.

Non-concurrentiebeding bij verkoop franchiseonderneming

Hoe scherp dient een non-concurrentiebeding te zijn bij de verkoop van een franchiseonderneming aan de franchisegever? Die vraag was aan orde in een geschil waarin de rechtbank Gelderland op

Franchisegever faalt met beroep op non-concurrentiebeding

Alhoewel een non-concurrentiebeding in een franchiseovereenkomst geldig geformuleerd is, kan er toch een situatie ontstaan die dermate diffuus is dat de franchisegever er geen beroep op kan doen.

Overnames en franchisenemersbelang

Het zal niemand zijn ontgaan, zeker het laatste jaar kan niet anders worden geconcludeerd dan dat de Nederlandse economie zich weer fors in de lift bevindt.

Welke rechter bij huur- en franchiseovereenkomst?

Welke rechter is bevoegd te oordelen over een samenhangende huur- en franchiseovereenkomst?

Ga naar de bovenkant