Geen exclusief verzorgingsgebied, toch exclusiviteit voor franchisenemer

In het vonnis van de rechtbank Noord-Holland d.d. 18 april 2018, ECLI:NL:RBNHO:2018:3268, werd geoordeeld over het exclusiviteitsgebied van een franchisenemer. 

Overeengekomen was dat de franchisegever in beginsel het recht heeft om een andere franchisenemer in hetzelfde rayon toe te laten, mits de franchisegever aan de franchisenemer schriftelijk de mogelijk heeft geboden om haar bedrijf uit te bouwen om aan de vraag bij de klanten te voldoen en de franchisenemer 30 dagen de tijd heeft gegund om dit aanbod te aanvaarden. 

Echter, de franchisenemer en de nieuw tot het rayon toegelaten franchisenemer werkten voordien al samen, waarbij zij ieder voor eigen rekening de formule exploiteerden. Alhoewel dit er voor pleit dat de nieuwe franchisenemer toegelaten zou kunnen worden door de franchisegever tot het betreffende rayon, geldt dat de uitleg niet alleen wordt beheerst door de inhoud van de franchiseovereenkomst, maar ook door de redelijkheid en billijkheid. 

Gebleken was dat de betreffende, nieuw tot het rayon toegelaten franchisenemer nu juist bij wijze van tijdelijk experiment bij de franchisegever aangedragen was en daartoe op voorstel van de bestaande franchisenemer afgesproken was dat “het eigendom van de franchiselicentie en het rayon volledig in handen blijft van [de (bestaande) franchisenemer]” blijft. De rechtbank concludeert daarom dat het de franchisegever, na afloop van het experiment, de betreffende nieuwe franchisenemer niet had mogen toelaten tot het rayon van de bestaande franchisenemer. De omstandigheden maken dus hoe de franchiseovereenkomst moet worden toegepast. 

Mr. A.W. Dolphijn – franchiseadvocaat 

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl.

Andere berichten

Acquisitiefraude vs. dwaling bij franchiseprognoses

Wie moet bewijzen dat de prognose van de franchisegever ondeugdelijk is? In beginsel is dat de franchisenemer. Als de franchisenemer een beroep doet op de Wet Acquisitiefraude, dan kan het zijn dat

Terugverkoopplicht bij einde franchiseovereenkomst

In franchiseovereenkomsten is soms bepaald dat de franchisenemer verplicht is om aangekochte activa bij het einde van de franchiseovereenkomst terug te verkopen.

Positie franchisenemers bij herstructurering franchisegever

Franchisenemers dienen door de franchisegever vooraf adequaat en ruimhartig geïnformeerd te worden over de inhoud en consequenties van (nadere) afspraken...

Interview Franchise+ – mrs. J. Sterk en A.W. Dolphijn – “Omkering bewijslast bij prognoses door rechter gehonoreerd” – februari 2018

De nieuwe Wet Acquisitiefraude blijkt inderdaad relevant voor de franchisebranche, blijkt uit dit artikel uit Franchise+. Alex Dolphijn van Ludwig & Van Dam staat een franchisenemer bij in een

Door Ludwig en van Dam|01-02-2018|Categorieën: Franchise overeenkomsten, Geschillen beslechting, Prognose-problematiek, Uitspraken & actualiteiten|Label: , , |

Artikel Franchise & Recht nr. 7 – Franchiseovereenkomst als algemene voorwaarden

Uniformiteit van de franchiseformule en (derhalve ook) uniformiteit van de afspraken met de franchisene­mers, zal voor de franchisegever vaak van groot belang zijn.

Ga naar de bovenkant