Franchiseraadreglementen

In de praktijk circuleren diverse vormen van overleg tussen franchisegever en franchisenemer. Veelal is dit overleg gestructureerd vormgegeven in de vorm van een bijbehorend reglement. Deze reglementen kennen we in vele soort en maten.

Een goed franchiseraadreglement wordt gekenmerkt door de mogelijkheid een evenredige en eventueel regionale vertegenwoordiging te laten deelnemen in de franchiseraad. Idealiter kunnen deze leden van de franchiseraad door de eigen achterban worden voorgedragen of gekozen. Het is echter bepaald overdreven reglementen al te uitgebreid op te tuigen. Een goed franchiseraadreglement is niet meer dan een vehikel om de franchiseraad goed te laten functioneren. Voorkomen dient te worden dat al te enthousiast opgetuigde franchiseraadreglementen uitmonden in oeverloze vergadersessies, zowel landelijk als regionaal. De vraag rijst wie daar dan baat bij heeft. Centraal in diverse franchisereglementen staat voorts de bevoegdheid van de raad zelf. Heeft de franchiseraad een adviesbevoegdheid of kan zij ook daadwerkelijk beslissingen forceren door middel van verregaande zeggenschap of bijvoorbeeld een vetorecht.

Hieraan gekoppeld speelt voorts het beginsel van de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de franchiseraad ten bate van alle franchisenemers. In de praktijk leeft nog wel eens de gedachte dat de franchiseraad zonder meer de achterban kan binden. Zonder zeer uitdrukkelijk omschreven bevoegdheden van de individuele franchisenemer met betrekking tot deze bevoegdheid, is dit echter geenszins het geval. Wanneer een franchisegever afspraken maakt met de franchiseraad omtrent een restyling, dan is de individuele franchisenemer hier dus niet aan gebonden, tenzij dit nadrukkelijk is overeengekomen tussen de franchiseraad en franchisenemer. Over franchisereglementen hoeft niet al te moeilijk te worden gedaan. Het reglement is kort, praktisch en eenduidig. Samenstelling en bevoegdheid zijn eenvoudig te formuleren. Hoe dan ook dient te worden voorkomen dat het reglement een opmaat is voor Poolse landdagen en zijn doel dus volledig voorbij schiet. Hetzelfde geldt overigens voor het functioneren van de franchiseraad zelf.

Ludwig & Van Dam franchise advocaten, franchise juridisch advies

Andere berichten

Artikel in Entree: “Nieuwe eigenaar”

“De horecaonderneming waar ik werk is overgenomen. De nieuwe eigenaar zegt nu dat ik niet meer voor hem hoef te werken, maar kan hij mij als werknemer weigeren?”

Bestuurdersaansprakelijkheid bij afwikkeling franchiseovereenkomst

Kan in privé de bestuurder van een franchisenemer-rechtspersoon aansprakelijk zijn jegens de franchisegever, indien de franchisenemer-rechtspersoon ten onrechte zaken niet aan de franchisegever

Artikel in Entree: “Huurprijzen”

“De verhuurder verhoogde jaarlijks de prijzen van het pand, maar sinds 2 jaar doet hij dit niet meer, misschien vergeet hij het wel. Mag hij een achterstallig bedrag later alsnog opeisen?”

Column Franchise + – mr. Th.R. Ludwig: “Op weg naar risicoaansprakelijkheid”

Onlangs heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in een prognosekwestie.

Geen geldig beroep op non-concurrentiebeding bij franchising

De voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland heeft op 28 februari 2017, ECLI:NL:RBGEL:2017:1469, beslist over de vraag of een franchisenemer gehouden kon worden aan een non-concurrentiebeding.

Structureel ondeugdelijke omzetprognoses van de franchisegever

De rechtbank Limburg heeft op 15 maart 2017 in acht vergelijkbare vonnissen (waaronder ECLI:NL:RBLIM:2017:2344) de franchiseovereenkomsten van diverse franchisenemers van de P3-franchiseformule

Ga naar de bovenkant