Franchiseovereenkomst of arbeidsovereenkomst?
“Franchiseovereenkomst” is geen wettelijk begrip. De wet ziet een franchiseovereenkomst als een gewone overeenkomst. Een zogenaamde onbenoemde overeenkomst. Dat betekent dat men, mits binnen de wettelijke grenzen van bijvoorbeeld het mededingingsrecht, mag afspreken wat men wil. Dat is wezenlijk anders bij het begrip “arbeidsovereenkomst”. Daarbij wordt niet door partijen maar door de wetgever bepaald wanneer een overeenkomst als arbeidsovereenkomst moet worden aangemerkt. De consequentie daarvan is bekend. Er wordt een breed scala van wettelijke regels over de overeenkomst uitgestort van sociale en fiscale aard en partijen worden in het poldermodel in een arbeidsrechtelijk keurslijf geperst. De arbeidsovereenkomst is daarmee een zogenaamde benoemde overeenkomst. Volgens de wet is een overeenkomst in beginsel een arbeidsovereenkomst als men zich heeft verplicht in een gezagsverhouding persoonlijk arbeid te verrichten en daarvoor een beloning ontvangt. Voor die kwalificatie is niet alleen de (oorspronkelijke) partijbedoeling, maar ook de feitelijke uitvoering van de overeenkomst van belang.
In toenemende mate dreigt de grens tussen arbeidsovereenkomst en franchiseovereenkomst te vervagen. Werkzaamheden die vroeger in loondienst werden uitgevoerd, worden tegenwoordig niet zelden door middel van een franchiseovereenkomst met “zelfstandigen” uitgevoerd. Veel voorkomende voorbeelden daarvan zijn onder andere te vinden bij dienstverleners en bezorgers. Niet alleen fiscus en UWV, maar ook teleurgestelde franchisenemers kunnen zich kritisch opstellen ten aanzien van deze situaties en stellen achteraf, niet zelden met succes, dat wat partijen als franchiseovereenkomst hadden bedoeld in feite een arbeidsovereenkomst is. Het hoeft geen nader betoog dat de consequenties daarvan aanzienlijk kunnen zijn. De franchisenemer doet er daarom verstandig aan op voorhand om een verklaring zelfstandige (VAR-verklaring) te verzoeken bij de belastingdienst. De franchisegever doet er verstandig aan zijn franchiseovereenkomst dusdanig in te richten dat deze niet als arbeidsovereenkomst kan worden aangemerkt en deze op voorhand te laten toetsen door UWV en belastingdienst.
Ludwig & Van Dam franchise advocaten, franchise juridisch advies
Andere berichten
Post concurrentiebeding bij hard franchising
De kort gedingrechter van de rechtbank Amsterdam deed op ...
Geldt een overeengekomen huurprijsindexering altijd?
Veel ondernemers zijn begin dit jaar geconfronteerd met een ...
Ludwig & Van Dam in Distrifood Magazine over de Wet franchise
Interview over de actuele obstakels voor zelfstandige supermarktondernemers en de ...
Geen franchiseovereenkomst, maar lidmaatschap van een coöperatie
In bepaalde gevallen kunnen afspraken die gemaakt worden in een ...
Post concurrentieverbod en overdracht van de onderneming aan de levenspartner
Een franchisenemer is een vennootschap. De franchisenemer en de privé ...
Geen franchiseovereenkomst, maar algemene samenwerkingsovereenkomst
De Wet franchise biedt franchisenemers diverse beschermende bepalingen. Eerder bepaalde ...