Franchisenemer behaalt exploitatieprognose niet: de tussenstand.

Door Gepubliceerd Op: 21-02-2012Categorieën: Uitspraken & actualiteitenLabel: , ,

Rechtbank Roermond

Onlangs heeft de rechtbank te Roermond tussenvonnis gewezen tussen een franchisenemer en een franchisegever, waarbij de omzet een derde lager uitviel dan door de franchisegever was begroot. De zorgplicht van de franchisegever brengt in zijn algemeenheid met zich mee dat de uitgangspunten op grond waarvan de franchisenemer zijn onderneming start dienen te kloppen.

Het betrof hier de overname van een bestaande vestiging. De franchisegever kon dus heel goed weten wat haalbaar was op basis van historische omzetcijfers. 

Partijen procederen over en weer en brengen maar liefst vier rapportages in. Franchisenemer en franchisegever hebben zoveel ingebracht dat het onontkoombaar lijkt dat een langdurige en kostbare procedure onafwendbaar lijkt. De rechter stuurt dan ook aan op een zitting waarbij partijen indien mogelijk nog kunnen schikken. 

Bij ondeugdelijke financiële prognoses is met name van belang van welke uitgangspunten is uitgegaan. Anders gezegd, of het daaraan ten grondslagliggende vestigingsplaatsonderzoek in orde was. Was er geen vestigingsplaatsonderzoek, dan is de franchisegever zijn eerst linie in beginsel kwijt. Nu partijen tegengestelde rapportages overleggen is het aan de rechtbank een knoop door te hakken indien de schikking op hoop toch niet wordt gerealiseerd. Het zou goed zijn als partijen op korte termijn de jurisprudentie met betrekking tot niet behaalde prognoses laten leiden tot een eindoplossing, zodat verder procederen wordt vermeden. Wordt vervolgd! 

Mr Th.R. Ludwig  – Franchiseadvocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten,franchise juridisch advies Wilt u reageren? Mail naar ludwig@ludwigvandam.nl

Andere berichten

Seminar mrs. J. Sterk en M. Munnik – Donderdag 2 november 2017: “Belangrijke juridische ontwikkelingen voor franchisegevers”

Advocaten Jeroen Sterk en Maaike Munnik van Ludwig & Van Dam Advocaten praten u bij over de status van en de ontwikkelingen rondom De Nederlandse Franchise Code en de Wet Acquisitiefraude.

Door Jeroen Sterk|02-11-2017|Categorieën: Franchise overeenkomsten, Prognose-problematiek, Uitspraken & actualiteiten|Label: , |

Goodwill bij einde franchiseovereenkomst

In een kwestie bij het gerechtshof Amsterdam 26 september 2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:3900 (Seal & Go) vorderde een franchisenemer een vergoeding van goodwill (ex artikel 7:308 BW) nadat de

Doorbelasting te hoge kostprijs als verborgen franchise fee

Uit een tussenvonnis van de rechtbank Den Haag van 30 augustus 2017, ECLI:NL:RBDHA:2017:10597 (Happy Nurse) blijkt dat de rechtbank zich gebogen heeft over de vraag of de door de franchisegever aan de

Schadebegroting na onterechte beëindigen franchiseovereenkomst door franchisegever

In een arrest van de Hoge Raad van 15 september 2017, ECLI:NL:HR:2017:2372 (Franchisenemer/Coop) was aan de orde dat supermarktorganisatie Coop afspraken niet nagekomen was, waardoor de franchisenemer

Ga naar de bovenkant