Franchisegevers mogen geen wijziging van winkeltijden meer opleggen

Eind 2018 is een concept van de “Wet keuzevrijheid openingstijden winkeliers” gepresenteerd. Dit wetsvoorstel zorgt ervoor dat onder meer de franchisenemer zelf moet kunnen bepalen wat zijn openingstijden zijn, uiteraard binnen de grenzen die door de Winkeltijdenwet en de desbetreffende gemeente zijn aangegeven.

Aanpassing van openingstijden door aanpassing van een reeds lopende franchise- of huurovereenkomst is straks niet meer mogelijk zonder uitdrukkelijke instemming van de franchisenemer of rechterlijke tussenkomst.

Er bestaan franchiseovereenkomsten waarin geen uitdrukkelijke openingstijden worden bepaald, maar voor de bepaling van de openingstijden naar een besluit van een ander wordt verwezen. Dat kan een verhuurder, een winkeliersvereniging, vereniging van eigenaren zijn, maar ook een franchisegever of franchisenemersvereniging.

Met dit wetsvoorstel zijn afspraken in een franchiseovereenkomst, waarin bijvoorbeeld bepaald is dat de winkel van de franchisenemer open dient te zijn van maandag tot en met zaterdag van 09:00 tot 18:00 uur en op donderdag van 09:00 tot 21:00 uur nog altijd toegestaan. Een franchiseovereenkomst waarin is opgenomen dat de door de franchisenemersvereniging vastgestelde openingstijden bepalend zijn, is ook toegestaan.

Echter, indien de franchisenemersvereniging vervolgens een besluit neemt over verplichte wijziging van openingstijden waar de franchisenemer niet uitdrukkelijk mee heeft ingestemd (de franchisenemer stemde niet voor een dergelijk besluit) is nietig.

Bepalingen waarin de franchisegever of verhuurder eenzijdig openingstijden kunnen bepalen nadat de overeenkomst is gesloten, missen eveneens hun effect als de franchisenemer of huurder daar niet uitdrukkelijk mee heeft ingestemd.

Deze regeling brengt ook bestaande besluiten over openingstijden, waar de franchisenemer niet uitdrukkelijk mee heeft ingestemd, onder dit wetsvoorstel, maar is de nietigheid beperkt tot de periode vanaf de inwerkingtreding van het wetsvoorstel.

Vooralsnog is het wetsvoorstel slechts een concept en nog niet in werking getreden. Franchisegevers kunnen dus nu nog hun kans schoon zien. Voor franchisenemers is het oppassen geblazen!

Mr. A.W. Dolphijn  – franchiseadvocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl

Andere berichten

Bestuurdersaansprakelijkheid bij afwikkeling franchiseovereenkomst

Kan in privé de bestuurder van een franchisenemer-rechtspersoon aansprakelijk zijn jegens de franchisegever, indien de franchisenemer-rechtspersoon ten onrechte zaken niet aan de franchisegever

Artikel in Entree: “Huurprijzen”

“De verhuurder verhoogde jaarlijks de prijzen van het pand, maar sinds 2 jaar doet hij dit niet meer, misschien vergeet hij het wel. Mag hij een achterstallig bedrag later alsnog opeisen?”

Column Franchise + – mr. Th.R. Ludwig: “Op weg naar risicoaansprakelijkheid”

Onlangs heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in een prognosekwestie.

Geen geldig beroep op non-concurrentiebeding bij franchising

De voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland heeft op 28 februari 2017, ECLI:NL:RBGEL:2017:1469, beslist over de vraag of een franchisenemer gehouden kon worden aan een non-concurrentiebeding.

Structureel ondeugdelijke omzetprognoses van de franchisegever

De rechtbank Limburg heeft op 15 maart 2017 in acht vergelijkbare vonnissen (waaronder ECLI:NL:RBLIM:2017:2344) de franchiseovereenkomsten van diverse franchisenemers van de P3-franchiseformule

Franchisenemer verplicht meewerken aan formulewijziging?

De voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam heeft zich op 24 maart 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:1860, wederom gebogen over de kwestie waarbij Intertoys de winkels van Bart Smit wenst om te bouwen

Ga naar de bovenkant