Franchisegever faalt met beroep op non-concurrentiebeding
Alhoewel een non-concurrentiebeding in een franchiseovereenkomst geldig geformuleerd is, kan er toch een situatie ontstaan die dermate diffuus is dat de franchisegever er geen beroep op kan doen. Zie de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 10 oktober 2017, ECLI:NL:GHARL:2017:8777.
Het gerechtshof deelt de visie van de voorzieningenrechter die eerder oordeelde dat de franchisegever geen beroep kon doen op het non-concurrentiebeding. Dit was omdat het gehuurde winkelpand voor woningbouw moest wijken en de franchisegever de franchiseovereenkomst per 1 januari 2012 had opgezegd. In afwachting van een nieuwe van de franchisegever te huren bedrijfsruimte, exploiteerde de franchisenemer (tijdelijk) een onderneming onder eigen naam. Of de franchisegever alsnog een (passende) bedrijfsruimte zou kunnen aanbieden om de samenwerking voort te zetten was onzeker.
Als een franchisegever bij de beëindiging van een franchiseovereenkomst in het midden laat of het post non-concurrentiebeding geldt, kan die onduidelijkheid aan de franchisegever onder omstandigheden worden tegengeworpen.
Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl.
![232court-min](https://www.ludwigvandam.nl/wp-content/uploads/2020/12/232court-min.jpg)
Andere berichten
Artikel De Nationale Franchise Gids: “Waarom hoofdelijke aansprakelijkheid bv naast privé?” – d.d. 7 januari 2020 – mr. A.W. Dolphijn
Van franchisenemers wordt vaak gevraagd de franchiseovereenkomst mede te ondertekenen, naast hun franchise bv. Soms weigeren franchisenemers dat en wordt de franchiseovereenkomst niet getekend.
Ludwig & Van Dam Advocaten staat franchisenemers Sandd bij: Franchisenemers Sandd vechten postmonopolie aan voor de rechter – d.d. 12 november 2019 – mr. A.W. Dolphijn
De Vereniging Franchisenemers van Sandd (VFS) vecht bij de rechtbank in Rotterdam het besluit aan van staatssecretaris Mona Keijzer om de postfusie tussen PostNL en Sandd goed te keuren.
Franchisenemer klem door concurrentiebeding? – d.d. 21 oktober 2019 – mr. A.W. Dolphijn
De rechtbank Oost-Brabant heeft beslist dat een franchisenemer bij tussentijdse beëindiging van de franchiseovereenkomst toch gehouden was aan het opgenomen concurrentieverbod.
Supermarktbrief – 26
Supermarktnieuwsbrief nr. 26
Koppeling franchiseovereenkomst en huurovereenkomst onzeker? – d.d. 14 oktober 2019 – mr K. Bastiaans
Het is binnen een franchiserelatie geen uitzondering dat partijen overeenkomen dat de franchiseovereenkomst en de huurovereenkomst onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.
Beëindiging franchiseovereenkomst bij wijzigingen in gehuurde winkelruimte – 27 september 2019 – mr. A.W. Dolphijn
Opzegging van een franchiseovereenkomst in het licht van het substantieel wijzigen van de gehuurde winkelruimte.