Franchisecontract niet getekend? Toch gebonden…

Rechtbank Noord-Nederland

Onlangs heeft de rechtbank in Noord-Nederland uitspraak gedaan over de vraag wat de status is van de franchiserelatie tussen franchisenemer en franchisegever op basis van de feitelijke samenwerking zonder dat de franchiseovereenkomst is getekend. De rechtbank overweegt daarbij het volgende. Relevant is dat de franchisenemer bij het aangaan van de franchiserelatie geen bezwaren heeft geuit tegen de inhoud van de voorgelegde franchiseovereenkomst. Evenmin is gebleken dat franchisenemer als opschortende voorwaarde zou hebben gesteld dat van een franchiseovereenkomst pas sprake zou zijn geweest wanneer zowel franchisenemer als franchisegever de franchiseovereenkomst daadwerkelijk zouden hebben ondertekend. Als vervolgens blijkt dat de franchisenemer feitelijk de winkel gaat exploiteren overeenkomstig de bepalingen van de franchiseovereenkomst komt de rechtbank tot het oordeel dat de franchisenemer in kwestie al met al de franchiseovereenkomst stilzwijgend heeft aanvaard en dat hij dus een volledig franchisecontract tot stand is gekomen – geheel overeenkomstig de inhoud van het aan de franchisenemer voorgelegde franchiseovereenkomst. Ook het feit dat het franchisecontract veel later aan de franchisenemer door franchisegever is toegezonden, en zelfs het gegeven dat de franchisenemer het franchisecontract niet heeft willen ondertekenen maakt dit niet anders.

Partijen doen er dus verstandig aan, teneinde ieder misverstand te voorkomen, vanzelfsprekend ruim voor aanvang van de feitelijke samenwerking, de franchiseovereenkomst daadwerkelijk te tekenen. Indien zowel franchisenemer als franchisegever zich namelijk gedragen naar de inhoud van de franchiseovereenkomst, zijn beide partijen, ondanks het gebrek aan ondertekening, geheel gebonden aan het schriftelijke document. Interessant is de vraag of de stelling van de rechtbank zover kan worden doorgetrokken of de ex-franchisenemer dan ook gebonden is aan het post-contractuele beding van non-concurrentie. Als dit het geval zou zijn, zouden dan tevens bedingen die hun werking hebben na afloop van de franchiseovereenkomst bij ondertekende contracten verregaande gevolgen hebben voor zowel de franchisenemer als de franchisegever.

 

Mr Th.R. Ludwig – Franchise advocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten,franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Mail naar vandam@ludwigvandam.nl

Andere berichten

Artikel De Nationale Franchise Gids: “Wijzigen franchiseformule is mogelijk” – mr. T. Meijer – d.d. 8 februari 2022

Veel franchiseformules zijn blijvend in ontwikkeling. Bij deze ontwikkeling geldt ...

Kan een franchisegever de tussentijds de franchise fee verhogen en formule wijzigen? – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 21 januari 2022

Een franchisegever moet de franchiseformule van tijd tot tijd kunnen ...

Franchiseovereenkomst met vrije PLUS-ondernemer opgezegd – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 19 januari 2022

Het komt niet vaak voor dat een supermarktorganisatie een overeenkomst ...

Artikel De Nationale Franchise Gids: “Franchisenemer uitsluitend gebonden aan non-concurrentiebeding als besloten vennootschap” – mr. M. Munnik – d.d. 11 januari 2022

Op 22 december 2021 heeft de rechtbank Rotterdam een (tussen-)vonnis ...

Ga naar de bovenkant