Consumentenbescherming van toepassing voor franchisenemer

De consument geniet op basis van het Burgerlijk Wetboek een ruime bescherming. Alhoewel binnen het algemeen contractenrecht de contractsvrijheid vooropstaat, wordt deze vrijheid ten aanzien van de consument wettelijk beperkt. De reden hiervoor is dat de consument tegenover een zakelijk partij wordt gezien als de relatief zwakkere partij. In de verhouding tussen franchisegever en franchisenemer wordt de franchisenemer in voorkomende gevallen eveneens gezien als de relatief ‘zwakkere’ partij waardoor ook voor de franchisenemer de wettelijke bescherming van de consument geldt.

Klik hier voor het gehele artikel. 

Mr. M. Munnik – franchiseadvocaat.

Ludwig & Van Dam advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl

 

Download dit artikel

Andere berichten

Column Franchise+ – mr. Th.R. Ludwig: “Leveringsstop door franchisegever wederom niet toegestaan”

Opnieuw heeft de president in kort geding zich uitgelaten over de vraag of een leveringsstop van een franchisegever jegens de franchisenemer was toegestaan, waarbij de franchisenemer een forse

De bedrijfsleider (werknemer) die franchisenemer wordt – fictieve dienstbetrekking?

Op 14 december 2016 heeft de kantonrechter van de rechtbank Noord-Holland, ECLI:NL:RBNHO:2016:11031 (Werkneemster/Espresso Lounge) zich gebogen over de situatie waarbij een werkneemster een

De Hoge Raad stelt zware eisen aan franchiseprognoses

Een uitspraak van de Hoge Raad van vrijdag jl. werpt nieuw ligt op het verstrekken van winst- en omzetprognoses aan aspirant-franchisenemers.

Door Ludwig en van Dam|28-02-2017|Categorieën: Franchise overeenkomsten, Geschillen beslechting, Prognose-problematiek, Uitspraken & actualiteiten|Label: , , |

Inbreuk op exclusief verzorgingsgebied door franchisegever in verband met formulewijziging d.d. 27 februari 2017

Op 30 januari 2017 heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland, ECLI:NL:RBNHO:2017:688 (Intertoys/franchisenemer) de vraag voorgelegd gekregen hoe omgegaan moet worden met het

Prognoses bij startup franchiseformule

Het gerechtshof Amsterdam oordeelde op 14 februari 2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:455 (Tot Straks/franchisenemer) over de vraag of de franchisegever een ondeugdelijke prognose verschaft had en de

Ga naar de bovenkant