Bestuurdersaansprakelijkheid van een franchisenemer na falend beroep op ondeugdelijke prognose.
Het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch heeft op 11 juli 2017 een beslissing genomen over de vraag of de franchisegever met succes de bestuurder van een b.v. kon aanspreken voor het niet-nakomen van de franchiseovereenkomst.
De franchisenemer was vlak na aanvang van de looptijd gestopt met de uitvoering van de franchiseovereenkomst, omdat zij meende dat er een verschil van inzicht was tussen partijen, waaronder het verwijt dat de franchisegever haar een ondeugdelijke prognose voorgehouden had.
De franchisegever vorderde betaling van de schade ten gevolge van het niet-nakomen van de franchiseovereenkomst door de b.v. en de bestuurder van de b.v. In eerste aanleg was al vastgesteld dat de franchiseovereenkomst alleen met de b.v. gesloten was. De vraag was dan ook of de bestuurder onrechtmatig gehandeld had jegens de franchisegever. De rechtbank meende dat dit het geval was.
Het gerechtshof overweegt dat, indien een bestuurder heeft bewerkstelligd of toegelaten dat de b.v. een door haar aangegane (franchise)overeenkomst niet nakomt en daardoor aan de wederpartij (i.c. franchisegever) schade berokkent, de bestuurder persoonlijk aansprakelijk kan zijn. Van een dergelijke aansprakelijkheid zal in ieder geval sprake zijn als komt vast te staan dat de bestuurder wist of redelijkerwijs had behoren te begrijpen dat de schade zou ontstaan en ook dat de b.v. geen verhaal zou bieden voor de schade.
De franchisegever voerde aan dat de bestuurder in kwestie de enige persoon was die handelde binnen de b.v. en dat zij degene was die de franchiseovereenkomst voor de b.v. aanging en degene die de werkzaamheden zou uitvoeren. De bestuurder stelde dat zij gehouden was de belangen van de b.v. te dienen en met het oog daarop te stoppen met de franchiseovereenkomst. Immers, met het uitvoeren van de franchiseovereenkomst zou de b.v. louter verlies lijden.
Het gerechtshof oordeelde dat niet te snel op grond van onrechtmatige daad tot bestuurdersaansprakelijkheid mag worden geconcludeerd en dat de gestelde feiten onvoldoende zijn. De slotsom is dat volgens het gerechtshof de bestuurder, in tegenstelling van het oordeel van de rechtbank, niet persoonlijk aansprakelijk is tegenover de franchisegever.
Mr. A.W. Dolphijn – Franchiseadvocaat
Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl.
Andere berichten
Franchisevergoedingen
Een voor zowel franchisenemer als franchisegever buitengewoon belangrijk onderwerp dat steevast in de franchise-overeenkomst is opgenomen, betreft de franchisevergoedingen, veelal aangeduid met de ter
Overleg: vormen en mogelijkheden
Overleg tussen de franchisegever en de franchisenemer vindt in de praktijk nogal eens plaats door middel van een franchiseraad.
De zorgplicht van de franchisegever nader benoemt in het kader van de
In de afgelopen jaren heeft inmiddels een ruime hoeveelheid jurisprudentie het licht doen zien betreffende het niet behalen van de prognoses door de franchisenemer.
Arbitrage: voor- of nadeel?
In franchise-overeenkomsten is veelal een geschillenregeling opgenomen welke ziet op de wijze waarop de bij die franchise-overeenkomst betrokken partijen met een eventueel geschil omgaan.
Koppeling huurovereenkomst en franchise-overeenkomst
In franchiserelaties wordt geregeld door de franchisegever bedrijfsruimte ter beschikking gesteld aan de franchisenemer alwaar de franchisevestiging geëxploiteerd wordt.
Voortzetting van de franchise-overeenkomst tegen de dan geldende
In franchise-overeenkomsten zijn nog al eens bedingen opgenomen die voortzetting van de franchise-relatie afhankelijk maken