Artikel Franchise+ – “Onmiddellijke informatieverplichtingen franchisegevers bij werking Wet Franchise” – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 25 juni 2020
Zodra het aangenomen wetsvoorstel in werking treedt heeft het onmiddellijk
effect op franchiseovereenkomsten die nu al bestaan. Het plan is dat de Wet
franchise per 1 januari 2021 in werking treedt, zodat de vraag is of de
informatiestromen juridisch optimaal zijn ingericht.
Een voorbeeld van de informatieplicht bij lopende franchiseovereenkomsten
is de verplichting van de franchisegever om verantwoording af te leggen
over de aanwending van de financiële bijdragen die franchisenemers betaald
hebben. Door middel van deze verplichting kan de franchisenemer tot op
zekere hoogte nagaan of de gevraagde bijdragen niet onredelijk hoog zijn.
Franchisenemers zouden dan het “teveel” betaalde terug kunnen vorderen.
Een ander voorbeeld is de verplichting van de franchisegever om bepaalde
informatie te verstrekken, waarvan de franchisegever weet of redelijkerwijs
kan vermoeden dat deze van belang is met het oog op het uitvoeren van de
franchiseovereenkomst door de franchisenemer. Het gaat hier dus om
situaties van reeds bestaande franchiseovereenkomsten. Beoogd is de
franchisenemer tijdig de nodige transparantie te bieden omtrent bepaalde
(voorgenomen) handelingen van en ontwikkelingen bij de franchisegever. Dan
kan de franchisenemer zich daarop tijdig voorbereiden, bijvoorbeeld door zo
nodig nadere informatie of overleg te vragen en tijdig eventueel
noodzakelijke aanpassingen in de eigen bedrijfsvoering door te voeren of
eventuele financiële reserveringen te doen.
De door de franchisegever te verschaffen informatie dient op een zodanige
manier verstrekt te worden, dat die informatie toegankelijk is en blijft
voor de andere franchisenemer, zolang dat het doel dient. De te verstrekken
informatie dient ook voor de gemiddelde franchisenemer binnen de
betreffende keten duidelijk, begrijpelijk en ondubbelzinnig geformuleerd en
vormgegeven zijn.
Lang niet alle franchiseorganisatie hebben in beeld welke informatie op
welk moment gedeeld moet worden. Soms betreft het dermate belangrijke
bedrijfsgeheimen dat het onwenselijk is de franchisenemers in een (te)
vroeg stadium te informeren. Het lijkt erop dat veel franchisegever haast
zullen moeten maken met het inrichten van de juridische informatiestromen.
Voortvarendheid is geboden nu 1 januari 2021 snel dichterbij komt.
Mr. A.W. Dolphijn – franchiseadvocaat
Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt
u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl
Andere berichten
Artikel De Nationale Franchise Gids: “Kamervragen gesteld over (schijn-)zelfstandigheid franchisenemers” – d.d. 24 juli 2019 – mr. M. Munnik
Over de zogenaamde schijnzelfstandigheid binnen de verhouding tussen franchisegever en franchisenemer zijn onlangs Kamervragen gesteld.
Artikel Franchise+: “Met onze franchiseformule gaat u bergen goud verdienen.” d.d. 10 juli 2019 – mr. A.W. Dolphijn
Het onderscheid tussen toelaatbare aanprijzingen en misleidende informatie blijft een grijs gebied, ondanks de wetgeving hierover.
Franchisenemer mag assortiment vreemd inkopen na verplichte formulewijziging – 6 juni 2019 – mr. J.A.J. Devilee
De rechtbank Oost-Brabant heeft zich onlangs in kort geding gebogen over een belangwekkende kwestie waarin een franchisenemer geheel onvrijwillig een alternatieve formule opgedrongen heeft gekregen.
Hoe behoud ik mijn vestigingsplaats? – 6 juni 2019 – mr. K. Bastiaans
Voor franchisegevers en franchisenemers is, met name in de detailhandel, de vestigingsplaats van groot belang.
Supermarktbrief – 25
Supermarktnieuwsbrief nr. 25
De toetsingsmaatstaf voor franchiseprognoses – d.d. 29 mei 2019 – mr. A.W. Dolphijn
Het hof Den Bosch heeft op 19 maart 2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:1037, de rechtspraak van de Hoge Raad over prognose bij franchising op een rij gezet.