Artikel Franchise+: “Met onze franchiseformule gaat u bergen goud verdienen.” d.d. 10 juli 2019 – mr. A.W. Dolphijn

Door Gepubliceerd Op: 12-07-2019Categorieën: Columns
Aanprijzingen van een franchiseformule in louter algemene bewoordingen zijn blijkens jurisprudentie niet snel ontoelaatbaar. Ook indien de door de franchisegever verschafte informatie over te behalen resultaten onrealistisch is, is denkbaar dat een aspirant-franchisenemers niet zonder meer kunnen vertrouwen op de feitelijke juistheid, als de informatie niet verder gaat dan het in algemene bewoordingen aanprijzen van de franchiseformule. Het gemiddelde bedrijfsmatig handelende publiek dient zich immers bewust te zijn van, en zich dus niet te laten beïnvloeden door, het feit dat aan reclame vaak een zekere overdrijving eigen is. 

Zo oordeelde de rechtbank Amsterdam dat een franchisegever alleen maar de franchiseformule aanprees in algemene bewoordingen door te stellen dat een bepaalde gemiddelde omzet behaald wordt door de franchisenemers. Dat die gemiddelde omzet door een bepaalde franchisenemer niet behaald wordt, maakt nog niet dat de franchisegever de mededeling niet had moeten doen. Ook werd in een andere zaak geoordeeld dat er enkel sprake was van aanprijzingen in algemene bewoordingen met de mededeling dat de franchiseformule “het beste prijsniveau!” heeft en in staat is “om dit beste prijsniveau te realiseren omdat u profiteert van internationaal inkoopvoordeel omdat u bij de bron koopt.” 

Aanprijzingen zijn niet altijd toelaatbaar. Reclame kan immers verder gaan dan aanprijzing en kan informatie bevatten, zoals omissies, die misleidend zijn. Niet altijd zal zonneklaar zijn wanneer er sprake is van aanprijzingen in algemene bewoordingen en het verstrekken of achterhouden van ontoelaatbare informatie bij acquisitie van franchisenemers door franchisegevers. De wetgever heeft meer duidelijkheid geboden over het ontoelaatbare met de invoering van de Wet Acquisitiefraude. Onder acquisitiefraude worden misleidende handelspraktijken verstaan, waarbij bepaalde verkooptechnieken worden gebruikt die gericht zijn op het winnen van vertrouwen en het wekken van verwachtingen teneinde de ander te bewegen tot het aangaan van een overeenkomst, waarbij de tegenprestatie niet of nauwelijks naar behoren wordt geleverd. De Wet Acquisitiefraude verwijst expliciet naar misleidende mededelingen zoals ten aanzien van “statistische gegevens”. In dat kader valt ook te denken aan historische gegevens of prognoses. Van aanprijzing in algemene bewoordingen zal dan niet snel sprake zijn. Juist bij franchising zal de franchiseformule door de franchisegever aangeprezen worden met historische gegeven of prognoses. De vraag is dan of die aanprijzing in “algemene bewoordingen” plaatsvindt. Het onderscheid tussen toelaatbare aanprijzingen en misleidende informatie blijft een grijs gebied, ondanks de wetgeving hierover. Ieder individueel geval zal steeds op zichzelf beoordeeld moeten worden.

Klik hier voor het gehele artikel.

Mr. A.W. Dolphijn – franchiseadvocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies.

Wilt u reageren?  Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl

 

Download dit artikel

Andere berichten

Artikel De Nationale Franchise Gids: “Waarom hoofdelijke aansprakelijkheid bv naast privé?” – d.d. 7 januari 2020 – mr. A.W. Dolphijn

Van franchisenemers wordt vaak gevraagd de franchiseovereenkomst mede te ondertekenen, naast hun franchise bv. Soms weigeren franchisenemers dat en wordt de franchiseovereenkomst niet getekend.

Ludwig & Van Dam Advocaten staat franchisenemers Sandd bij: Franchisenemers Sandd vechten postmonopolie aan voor de rechter – d.d. 12 november 2019 – mr. A.W. Dolphijn

De Vereniging Franchisenemers van Sandd (VFS) vecht bij de rechtbank in Rotterdam het besluit aan van staatssecretaris Mona Keijzer om de postfusie tussen PostNL en Sandd goed te keuren.

Door Alex Dolphijn|12-11-2019|Categorieën: Uitspraken & actualiteiten|Label: , |

Franchisenemer klem door concurrentiebeding? – d.d. 21 oktober 2019 – mr. A.W. Dolphijn

De rechtbank Oost-Brabant heeft beslist dat een franchisenemer bij tussentijdse beëindiging van de franchiseovereenkomst toch gehouden was aan het opgenomen concurrentieverbod.

Koppeling franchiseovereenkomst en huurovereenkomst onzeker? – d.d. 14 oktober 2019 – mr K. Bastiaans

Het is binnen een franchiserelatie geen uitzondering dat partijen overeenkomen dat de franchiseovereenkomst en de huurovereenkomst onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.

Door mr. K. Bastiaans|14-10-2019|Categorieën: Franchise-kenniscentrum/ Nationale Franchise- en Formulebrief-publicaties|

Beëindiging franchiseovereenkomst bij wijzigingen in gehuurde winkelruimte – 27 september 2019 – mr. A.W. Dolphijn

Opzegging van een franchiseovereenkomst in het licht van het substantieel wijzigen van de gehuurde winkelruimte.

Ga naar de bovenkant