Artikel De Nationale Franchise Gids – “Coronakorting van 50% op de huur” – mr. A.W. Dolphijn – d.d. 15 september 2020

Door Gepubliceerd Op: 15-09-2020Categorieën: Uitspraken & actualiteiten

Tegenvallende omzetten in verband met de coronacrisis kunnen betekenen dat
de huurprijs gehalveerd wordt, ook als er sprake is van een deels
omzetgerelateerde huur.

De kortgedingrechter van de rechtbank Amsterdam heeft een betekenisvolle
uitspraak gedaan. Een horecabedrijf had een franchiseovereenkomst gesloten
voor de exploitatie van een hotelbedrijf. Met de eigenaar van een
hotelgebouw was een huurovereenkomst gesloten. De huurder had sinds 6 maart
2020 de huur niet meer voldaan, omdat vanaf begin maart 2020 de omzet
dramatisch teruggevallen was in verband met de gevolgen van de
coronacrisis. Medio maart 2020 heeft de Nederlandse overheid diverse
maatregelen genomen in verband met het coronavirus, met als gevolg dat de
onderneming deels gesloten diende te worden voor het publiek. De
horecaonderneming heeft hierdoor veel schade opgelopen.

Eén van de aspecten die in de rechtszaak in kort geding aan de orde kwam
was de vraag of de huurder de gehele huurachterstand diende te voldoen. De
verhuurder had al eerder in de huurovereenkomst een deel van de huurprijs
afhankelijk van de omzet gemaakt en stelde dat daarmee de huurder voldoende
tegemoetgekomen wordt.

De gevolgen van de coronacrisis zijn volgens de kortgedingrechter niet in
de huurovereenkomst opgenomen, ook niet doordat er sprake is van een
gedeeltelijk omzetgerelateerde huurprijs. Dat omzetgerelateerde deel van de
huurprijs betreft – in relatie tot het vaste deel van de huur – een
relatief laag bedrag. Partijen zullen daarmee volgens de kortgedingrechter
beoogd hebben de gevolgen van omzetfluctuaties te dempen, in die zin dat de
totale huur afhankelijk van de gerealiseerde omzet hoger of lager kan
uitvallen. Daarbij moet echter aan niet meer gedacht worden dan aan
fluctuaties veroorzaakt door te verwachten en daarmee te voorziene
omstandigheden en niet aan een ten tijde van het aangaan van de
huurovereenkomst volstrekt onvoorzienbare omstandigheid zoals de
coronacrisis.

Aldus oordeelt de kortgedingrechter dat vanaf in ieder geval het tweede
kwartaal van 2020 een huurkorting zal worden toegepast. Nu geen van beide
partijen een verwijt van het ontstaan van de onvoorziene omstandigheden kan
worden gemaakt ligt het voorshands voor de hand het financiële nadeel over
partijen te verdelen, zodat de kortgedingrechter er voorlopig vanuit gaat
dat de maximale huurprijskorting van 50% in de bodemprocedure zal worden
toegepast, in die zin dat de huurbetalingsverplichting vanaf het tweede
kwartaal van 2020 wordt opgeschort tot 50% totdat er in de bodemprocedure
zal zijn beslist. Ook zal worden bepaald dat de huurder aan deze
opschorting geen rechten kan ontlenen indien zij niet binnen vier weken na
heden een bodemprocedure tegen verhuurder aanhangig maakt. Daar zal dan een
definitief oordeel gevormd worden of het opgeschort bedrag niet betaald
hoeft te worden.

Voor franchisenemers die tevens huurder zijn, en die ten gevolge van de
coronacrisis met huurachterstanden te kampen hebben, kan een (tijdelijke)
huurverlaging van 50% een welkome tegemoetkoming zijn.

 

Mr. A.W. Dolphijn – franchiseadvocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt
u reageren? Ga naar dolphijn@ludwigvandam.nl

Download dit artikel

Andere berichten

Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR) adviseert staatssecretaris Keijzer over Wet Franchise

Kort samengevat wordt allereerst geadviseerd franchisegevers en franchisenemers actief te informeren over deze wetswijziging.

Post non-concurrentieverbod bij diensten- en verkoopfranchise

Als een franchiseovereenkomst eindigt, dan stuiten veel franchisenemers op een verbod in de franchiseovereenkomst om gedurende een bepaalde tijd daarna vergelijkbare werkzaamheden te verrichten

Het concept van de Wet Franchise: impact voor franchisegevers en franchisenemers – d.d. 5 februari 2019 – mr. A.W. Dolphijn

Ludwig & Van Dam advocaten denkt dat als het ontwerp van de Wet Franchise daadwerkelijk wet zal worden, er heel wat zal veranderen voor franchisegevers en franchisenemers.

Koop franchiseonderneming en de ontslagen zieke werknemer van 7 jaar geleden

De vraag is of een franchisenemer van Bruna, bij de verkoop van de franchiseonderneming aan Bruna, had moeten mededelen dat zeven jaar geleden een werknemer ziek uit dienst was getreden.

Rechtbank verbiedt Domino’s eenzijdige rayonverkleinging bij verlenging franchiseovereenkomsten – d.d. 28 januari 2019 – mr. R.C.W.L. Albers

Op 9 januari 2019 is door de rechtbank Rotterdam een vonnis gewezen in een door de Vereniging van Domino’s Pizza Franchisenemers en al haar leden (nagenoeg alle franchisenemers van Domino’s) gestarte

Door Remy Albers|28-01-2019|Categorieën: Franchise overeenkomsten, Geschillen beslechting, Uitspraken & actualiteiten|Label: , |

Retentierecht van de franchisenemer

Kan een aspirant-franchisenemer een retentierecht inroepen om een entree-fee terug te vorderen als na het sluiten van de voorovereenkomst er niet alsnog een franchiseovereenkomst tot stand komt?

Ga naar de bovenkant