Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR) adviseert staatssecretaris Keijzer over Wet Franchise

Het ATR adviseert het wetsvoorstel pas in te dienen nadat met aantal adviespunten rekening is gehouden. Het advies is bijzonder lezenswaardig en is te raadplegen via de link: https://www.atr-regeldruk.nl/wp-content/uploads/2019/02/30-U010-Ministerie-van-EZK-Wet-franchise-w.g.pdf

Kort samengevat wordt allereerst geadviseerd franchisegevers en franchisenemers actief te informeren over deze wetswijziging. Nu uit de inmiddels gesloten consultatie blijkt dat deze aan een groot deel van de branche voorbij is gegaan lijkt dit een bijzonder nuttig advies. Voorts wordt geadviseerd de effectiviteit van de wet te monitoren en een evaluatiebepaling in de wet op te nemen. Nu de franchiseovereenkomst zal verhuizen van een onbenoemde naar een benoemde overeenkomst lijkt ook dit een welkome toevoeging aan het wetsvoorstel. Voorts vraagt het ATR aandacht voor de overgangstermijn. Daarnaast vraagt het ATR meer duiding te geven en definities op te nemen terzake in het wetsvoorstel nog niet nader ingevulde begrippen zoals bijvoorbeeld “ goed franchisegever- en franchisenemerschap “aanzienlijke gevolgen” etc. Het ATR beveelt eveneens aan om best practices inzake goodwillberekeningen actief te communiceren zodat partijen voor het sluiten van de franchiseovereenkomst weten waar zij aan toe zijn. Tot slot adviseert het ATR voorbeelden op te nemen van wat onder “in het handelsverkeer gebruikelijke voorwaarden” wordt verstaan.

Kort samengevat is het ATR van mening dat de voorgenomen wetgeving op onderdelen nog onvoldoende concreet en bekend is om in de rechtspraktijk, dan wel preventief, het gewenste effect te sorteren, te weten een meer evenwichtige franchisebranche. Wij zijn bijzonder benieuwd in hoeverre het ministerie rekening met het advies van het ATR.

Mr.  J. Sterk  – franchiseadvocaat

Ludwig & Van Dam Franchise advocaten, franchise juridisch advies. Wilt u reageren? Ga naar sterk@ludwigvandam.nl

Andere berichten

Non-concurrentiebeding bij verkoop franchiseonderneming

Hoe scherp dient een non-concurrentiebeding te zijn bij de verkoop van een franchiseonderneming aan de franchisegever? Die vraag was aan orde in een geschil waarin de rechtbank Gelderland op

Franchisegever faalt met beroep op non-concurrentiebeding

Alhoewel een non-concurrentiebeding in een franchiseovereenkomst geldig geformuleerd is, kan er toch een situatie ontstaan die dermate diffuus is dat de franchisegever er geen beroep op kan doen.

Overnames en franchisenemersbelang

Het zal niemand zijn ontgaan, zeker het laatste jaar kan niet anders worden geconcludeerd dan dat de Nederlandse economie zich weer fors in de lift bevindt.

Welke rechter bij huur- en franchiseovereenkomst?

Welke rechter is bevoegd te oordelen over een samenhangende huur- en franchiseovereenkomst?

Interview Franchise+ – mrs. J. Sterk en A.W. Dolphijn – “Omkering bewijslast bij prognoses door rechter gehonoreerd”

De nieuwe Wet Acquisitiefraude blijkt inderdaad relevant voor de franchisebranche, blijkt uit dit artikel uit Franchise+.

Door Ludwig en van Dam|20-12-2017|Categorieën: Franchise overeenkomsten, Geschillen beslechting, Prognose-problematiek, Uitspraken & actualiteiten|Label: , , |
Ga naar de bovenkant